123
formeren of je „herrie bij hem kon schoppen". Toevallig had
een der onzen dat al geprobeerd, tot zijn schade, want het
had hem een tocht naar de baas gekost. Een staaltje van
ouderwetse keuringsmethode van de vroegere schooljeugd.
Dr. Van Moerkerken was zelf ook literator, boekenschrijven
Ik ben vele jaren later nog wel eens bij hem thuis geweest in
dat speciaal voor hem gebouwde huis in de Jordensstraat. Wie
daar kwam kon nog wel eens verrassende ontmoetingen doen
onder de tachtigers b.v., Lodewijk van Deyssel kwam daar wel
en Mr. Frans Erens en ook buitenlanders, ik heb herinnering
aan Emanuel de Bom om van kunstenaars uit wat toen de
nieuwere tijd werd maar niet te spreken.
Meer nog dan de oudere leraren, foeterde de estheticus Van
Moerkerken tegen ons, jongens, over onze geringe prestaties
in het „schrijven", vooral ook over het allerdroevigst feit dat
we in onze opstellen niets wisten te „vertellen", onze stukken
waren volkomen inhoudloos, zei hij.
Ongeveer gelijktijdig met hem waren er nog een paar
nieuwe leraren op de oude school gekomen. Een jaar
vóór hem in 1903, was het Ir. Van Mourik Broekman
geweest die zijn, later zo glorieus eindigende leraars-carrière
op het Prinsenhof begon en, naar ik meen ook in het zelfde
jaar, Dr. M. Bruyel, een geschiedenisman.
Ir. W. C. G. H. van Mourik Broekman
Toen het bericht doordrong dat Dr. Brongersma als direc
teur zou heengaan, was het op mysterieuze wijze bij de jeugd
al heel gauw bekend dat Ir. Van Mourik Broekman zijn op
volger zou worden. Wij vonden dat de beide mannen belang
rijke punten van overeenkomst hadden waardoor die op
volging waarschijnlijker voor ons leek.
Broekman (zoals hij in het lesrooster stond aangegeven)
was natuurlijk een moderner man, bij hem was geen sprake
van een geklede jas en een hoge „zijen", maar in zijn trant
van lesgeven en omgang met ons vertoonde hij geen verschil
van betekenis. De wiskunde-vakken zijn geen echter „leuke