145 eens vertelde hoe een oudleerling hem uit Amerika geschreven had„Meneer Pauw, één ding zal ik nooit vergeten en dat is dat U de enige leraar bent geweest, die in die vroegere jaren al begreep dat kennis niet alles is". Hij was over dat zinnetje niet zó verrukt, trok me aan m'n revers en zei: „Wat moetje nou van zulke jongens denken". Inderdaad mag men vragen of het Frans bij Pauws leer lingen wel op de plaats stond die het verdiende. Wat te zeggen van een in die dagen bekend voetbal- en hockey speler die op Zondag „lens" getrapt was en 's Maandags in onze vierde klasse door een stijve knie zijn been niet binnen de bank kon houden, en die op een door Pauw gestelde vraag waarom hij er zo bijzat, zonder blikken of blozen antwoordde: „Paree que j'ai quelque chose a mon poot." Het peil van de Franse taalkennis was toch overigens zo verbijsterend laag niet, of een van de bezoekers van een oord op die oude school waar alleen mannelijke leerlingen kwamen, had niet beter weten te doen dan zich juist in het bijzonder van de Franse taal te bedienen voor versiering van de muur met de volgende poëtische ontboezeming: C'est ici que tombent en ruines Les produits de la cuisine, ter voorlichting van zijn medescholieren die, om het te be grijpen, ook generlei assistentie behoefden. Het viel nooit te merken of Pauw nauwere omgang had met zijn collega-leraren. Achteraf denk ik wel eens dat er daarvoor te grote controversen waren in de opvattingen van het leraar schap. Pauw was ook merkwaardigerwijze zelfs maar niet een klein steunpilaartje van de leerlingen-vereniging de H.H.B.S.V. maar daaraan kunnen wel bijzondere onderlinge antagonismen ten grondslag hebben gelegen. Die vereniging was een stichting min of meer tot stand gekomen door aan drang van Dr. Heringa, de natuurkunde-leraar en zo iets heeft dikwijls tot gevolg dat de andere leraren zich van dat terrein verre houden. Behalve Trenité en een enkele van de nieuwere leraren kwam er op die H.H.B.S.V.-avonden vrijwel nooit een leraar. Ik heb er Dr. Van Erp, de chemie-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1964 | | pagina 147