68
De nieuwe eigenaar stamde uit een adellijk geslacht, uit
Zutphen afkomstig. Hij was één van de tien kinderen van mr.
Jan van Styrum en Anna Maria Visscher. Vijf van zijn zusjes
waren op jeugdige leeftijd gestorven. Bij de dood van zijn
vader, 15 september 1774, bestond het gezin nog uit drie
jongens en 2 meisjes, van wie Jan op één na de oudste was.
4 december 1785 trad hij in het huwelijk met Joanna Anna
van Vollenhoven, dochter van Jan van Vollenhoven en Helena
Hodshon. Zij was toen 18 jaar, haar man 10 jaar ouder. Uit
dit huwelijk werden vier kinderen geboren: Floris, Louis,
Marie en Gornelie. Ook zijn leven heeft zich niet door bij
zondere daden gekenmerkt, zodat we met de opsomming van
zijn titels kunnen volstaan.
Mr. Jan baron van Styrum was schepen van Haarlem,
baljuw van Brederode en lid van het wetgevend Lichaam.
In 1807 volgde zijn benoeming tot landdrost van Amstelland
en prefect van Nantes (1810). Vervolgens was hij groot
thesaurier van de koninklijke Orde van Holland en lid van
het legioen van Eer. Hij overleed 16 juni 1824 in de ouderdom
van 67 jaar. Vrouwe Joanna Anna van Vollenhoven heeft na
de dood van haar man nog 22 jaar aan de Nieuwe Gracht
gewoond. Op 7 december 1846 was zij in dit grote huis een
zaam gestorven. Haar kinderen, allen getrouwd en rijk ge
huisvest, besloten na gehouden familieraad, het grachtenhuis
te verkopen. Na verscheidene pogingen werd eindelijk 17
december 1851 voor notaris mr. P. Mabé jr. de akte verleden,
waarbij „een dubbeld huis en erve met tuin, staande en ge
legen aan de Nieuwe Gracht en stalling en koetshuis daar
achter" voor 10.000,— aan Adolf Stanislaus Schultze in
eigendom overging.
Deze Adolf, gepensioneerd majoor intendant van het Oost-
Indisch leger, was met zijn vrouw Maria Reeder uit Den
Haag naar Haarlem gekomen en had zich 26 augustus van
dat jaar op Wagenweg no. 12 gevestigd. Schultze is slechts
eigenaar en geen bewoner van het grachtenhuis geweest.
Alles wijst er op, dat de koop alleen voor geldbelegging was
gesloten. Zo verhuurde hij 1 mei 1854 dit perceel aan Jacob