88 de Gouden Eeuw achter de eikehouten deur niet alleen het stadsbestuur zetelde, doch ook de rechterlijke macht. Tegenwoordig echter is deze laatste gehuisvest in de Jans straat, waar boven de monumentale trap het enkele woord getuigt van de functie van het gebouw. Eveneens in de Jansstraat staan in de gevel van de St Josefskerk de woorden: ontleend aan de Apocalyps, 21, 3, terwijl op de St. Antonius- of Paterskerk aan de Nieuwe Groenmarkt een tekst uit psalm 150 voorkomt: Bovendien staat nog tegen de voorgevel het beeld van de patroon der kerk en de bede De voorgaande bijbelteksten zijn geciteerd naar de z.g. Vulgata, de Latijnse bijbelvertaling van de kerkvader Hier- onymus (340—420), en dit is ook zo met het opschrift op het huis aan de Damstraat 23 dat in de Brief van Paulus aan de Romeinen 8, 31 te vinden is. De Nederlandse vertaling, die daarnaast staat: is vrijwel die van de z.g. Moerentorf-bijbel, welke ruim 2 eeuwen de rooms-katholieke equivalent van de Statenver taling is geweest, en waarin deze passage luidt: „Wat sullen wij dan seggen? Is Godt voor ons, wie mach tegen ons?" Dat in de 17de eeuw de restaurateurs van oude gebouwen zich wel eens ondergewaardeerd voelden, verraadt de wens die voorkomt op de zijdeur van de Bakenesserkerk in dé Vrouwestraat: JUSTITIA TABERNACULUM DEI CUM HOMINIBUSj LAUDATE DOMINUM IN SANCTIS EJUS5 SANCTE ANTONI, ORA PRO NOBIS6 SY DEUS PRO NOBVS QVIS KONTRA NOS IS GODT MET ONS, WIE MACH TEGEN ONS?

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1965 | | pagina 90