101
ren. Het zal hem dikwijls genoeg verdroten hebben, dat hij,
als er ondeugendheden bedreven waren, bij Hupie als een
soort onheilsbode moest optreden. Als er klachten waren ge
komen over „Belletje trekken" in de buurt of over het plagen
of uitjouwen van dienstboden in de tuinpoorten tussen de
Wilhelminastraat en de Oranjekade.
In de Sophiastraat op No 57 in een klein huisje (dat er nog
staat) woonde een oude, mummie-achtige vrouw, die tot steun
in haar onderhoud een miniatuur-snoepgoedbedrijfje exploi
teerde. Haar dag-omzet kan nooit veel hoger geweest zijn dan
een paar kwartjes, want er waren niet veel zaken te koop waar
van de verkoopprijs meer dan één cent bedroeg om de eenvou
dige reden dat onze koopkracht (die van haar klanten dus) ook
niet veel hoger was.
Die één-cents-artikelen lagen allemaal samen op een blaadje,
het z.g, „cents-blaadje" ter onderscheiding van het „halve-
cents-blaadje". Hoe die juffrouw heeft geheten, heeft nooit
iemand van ons geweten, haar voornaam was blijkbaar Catha-
rina, want wij noemden haar Ka, of, omdat ze het ongeluk had
stokdoof te zijn, Dove Ka.
De kamer waar de winkel werd gehouden was voor aan
straat, die was wegens die doofheid altijd op slot. De vooi-
deur kon je zo vrij binnenkomen, je moest dan heel hard:
volkroepen, waarop de vrij lange, spichtige figuur aan kwam
sloffen, de deur van de winkel ontsloot en al naar gelang je
wenste het cents- of het halve centsblaadje voor je neerlegde.
Dat was altijd toch nog een hele studie voor ons, hoe wij uit al
die heerlijkheden onze keus zouden bepalen, op koningsbrood
of toverballen, op zoethout of drop in slierten, katjes of knoop
jes. Wij konden ook apenootjes nemen, in deftige taal heetten
die Curagaosche amandelen of in het verkort; sausemangelen
of helemaal populairweg: sausies. Het woord pindas bestond
toen voor ons nog niet evenmin als het Rotterdamse olienoot
jes-
Er is een oud legendarisch verhaal van een knaapje dat in de
snoepwinkel kwam met één halve cent en aan de snoepjuffrouw
de vraag stelde wat hij daarvoor kon kopen. De op zakendoen