38
Toen de door de bezetter afgezette burgemeester, Baron de
Vos van Steen wijk, na de oorlog Commissaris van de Koningin
in Noord-Holland werd, kwam als bijna vanzelfsprekend Rei-
nalda in aanmerking om burgemeester te worden van zijn
geboortestad. Hij was het reeds dadelijk na de oorlog tijdelijk
geworden. Toen tijdens de grootse viering van het 700-jarig be
staan van Haarlem als stad in najaar 1945 bekend werd dat
zijn benoeming definitief was geworden, was de vreugde alge
meen. Hij was een uitstekend burgemeester, dynamisch bij
het oplossen van de problemen van een stad waarin door de
oorlog zoveel opnieuw moest worden begonnen, kernachtig en
kundig leiding gevend aan bestuur en ambtenaren van onze
gemeente.
Helaas voor Haarlem. Hij bezweek voor de verleiding van
de eervolle benoeming in voorjaar 1947 tot Commissaris van de
Koningin in Utrecht. Van 1954 tot 1963 was hij vervolgens lid
van de Raad van State; hij is toen in Den Haag gaan wonen.
Schrijver dezes meent: steeds met weemoed in het hart naar
Haarlem, waar de wortels van zijn bestaan lagen en zijn vrien
den nog talrijk waren.
Hij hield sterke contacten met onze stad, maar stierf elders,
in Den Haag, op 77-jarige leeftijd, nadat zijn laatste levensja
ren versomberd waren door ernstige ziekte en het heengaan
van zijn vrouw.
W. Mensink Sr.
