HET HAARLEMS SCHONEN-
VAARDERSGILDE
Van handelsgilde tot gezelligheidsgilde
De Haarlemse historieschrijver uit de 17de eeuw Samuel
Ampzing zegt in zijn „Beschrijving ende lof der Stad Haer-
lem" (1628) over het hier te bespreken gilde:
- Also onse Stad van ouds op Schonen in Denemarken seer
„groten handel heeft gedreven: so hebben 70 personen die
„aldaar geweest waren, daer over een Gild gesticht, dat sij
„Schoon-vaerders-gild noemden, daertoe iets met malkander
„omleggende, waer op sij jaerlijkx enige dagen mogten
„teren, ende vrolijk roesen. De tijd der stichtinge is door den
„tijd verduisterd. Het is in hunne brieven op het jaer 1368
„bekend. Het getal is nu 28, ende hebben een Deken, twee
„Vinders, met een oud-Vinder. Sij vergaderen den eersten
„Sondag in 't Nieuwe Jaer in den Ouden Doelen."
Andere gedrukte bronnen over dit gilde zijn er vrijwel niet,
maar in het Haarlemse Gemeentearchief zijn nog twee boeken
van het gild bewaard gebleven. Het ene, een rekening
resolutieboek, loopt van 1416 tot 1646, het andere, een reke
ningboek, begint met het jaar 1668 en eindigt in 1763. In
dit laatste is een naamregister aangebracht met de aan
tekening: „Memorie van Alle de Geene die Broeders sijn
geweest Int Schonevaersgildt (soo wijt ons bekent is) wanneer
Ingecomen en werom affgestorven oft uitgedaen". Het eerste
hierin vermelde toetredingsjaar is 1594. Het oudste register
is gebonden in een zware houten band, die beschilderd is
geweest. Helaas zijn van de kleuren nog maar enkele resten
over, hoewel de band voorzien is van een ijzeren slot en
ijzeren knoppen, die waarschijnlijk mede dienden om de be
schildering tegen beschadiging te behoeden. Deze beide
rekeningboeken vormen de belangrijkste bron voor dit artikel.