-51
„Cont ende kenlic si allen luden dat Dirc Symonsz. vercoft
„heeft Harman Jansz. Pol 2 voer harincs ende 2 wal (wal
„80 stuks) nu in deser teelt die te leveren voer sijn boed
„comansgoet op Draker; hier of heeft Dirc Symonsz. ontfaen
„8 gouden rijnsche gulden tot sinen wil. Hier bi ende over
„hebben gheweest als wijncoopslude ende tughe Floris
„Maertijnsz. Dirck Jan Boertz. Symon Symonsz. ende
„Heijntgen Backer. Int Jaer ons Here Ao. (M)CCCC en XVI.
De eerste getuige was deken van het gild. De „wijnkoop"
was meestal een bedrag dat boven de koopsom gestort werd
bij wijze van borgstelling.
Een schuit met toebehoren, nog in Lübeck liggend, ver
wisselde in 1417 voor 8 eng. Nobels van eigenaar.
Wij lezen verder over levering van „1 tonne seelhontspec
mitter huijt tot Sconen opt lant." In de 16e eeuw werd een
koop van een last tonnen gesloten tussen een kuiper en
een brouwer. Natuurlijk werd er ook Haarlems bier en laken
verhandeld, ook „pelsrocken".
De oude Hollanders hielden veel van wedden; wellicht is ons
losse gezegde van „ik verwed er wat onder", zonder dat er
sprake is van een inzet, hiervan nog een overblijfsel. Zo vinden
wij in de 16e eeuw, naast de gewone kopen in dit register,
nog een soort van koop-weddenschappen en ook uitsluitend
weddenschappen.
Zo'n koop-weddenschap werd op de laatste dag van het
jaar 1543 afgesloten tusschen Aryaen Pieters Vlasman en
Willem Gijsbertsz. De eerste verkocht aan de tweede: „die
koer van twe rame(n) (een erf waar de ramen voor de lakens
opgesteld werden?) voor 50 gld. op voorwaarde dat indien
Vlasman „zeiver in persoen reijsen sal tot Jherusalem byne
(binnen) de stadt", en dat hij van die reis een deugdelijk be
wijs overlegt, hij dan nogmaals 90 gld zal ontvangen. Gijs
bertsz. zal boven het gelag nog 6 stuivers geven, maar dan
zal Vlasman „gehouden wesen theijlich graff ons Heere te
besoucke eer hij penyche (penningen) ontfa(n)ghe(n) mach".
Meer gildebroeders twijfelen er aan of hij die reis wel zal vol
brengen en ook met die ongelovige broeders sluit hij wedden-