81 gang naast het mooie fonteintje en dat ik stemmen hoorde in de achterkamer. Behoedzaam opende ik de deur en zag ik de mij zo goed bekende figuren van ouders, zusters en broeders en hoorde ik hun stemmen. Ik sloot de deur weder heel lang zaam en aan het einde viel de deur met het bekende zachte plofje van zelf weder in het slot, zoals alleen een deur van be hoorlijke zwaarte en goed maaksel het doet en van het geluid van dit in het slot vallen scheen het mij, dat ik wakker werd." H. Th. de Booy een deel van Brits Guyana

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1967 | | pagina 83