96 vanzelf, dat deze Dorothea niet met zware gewichten sjouwde of orde hield onder opdringende schippers en voerlieden, kooplui en slepersknechten. Wij hebben hier met een gang van zaken te doen, die eigen is aan de regententijd: Het ambt werd vergeven aan een familielid of goede vriend. Deze zorgde er wel voor, met het werk geen bemoeienis te hebben, maar ieder jaar wel de inkomsten. Het werk werd uitbesteed aan een zetbaas, natuurlijk tegen een lager salaris dan de officiële ambtsdrager ontving. In de ogen van het publiek echter was de zetbaas de eigenlijke functionaris. Blijkbaar is Opperdoes zo'n zetbaas geweest. Het is vanzelfsprekend, dat Opperdoes zich waagmeester noemt, ook al was hij alleen de waarnemer volgens een, misschien slechts mondelinge, overeenkomst met Dorothea van Beek of haar ouders. Met ingang van 26 Juni 1748 werden de stedelijke accijn zen in Haarlem opgeheven. Het emolument, dat de waag meester uit de stadsimpost op de waag genoot, is aan Doro thea van Beek blijkbaar tot 1 Januari 1750 nog uitgekeerd. Tenminste in 1753 besluiten burgemeesteren op „successieve requesten, gepresenteerd bij Dorothea van Beek, daarbij te kennen gevende die schade, die zij geleden heeft bij het mortihceren van de stadsimpost op de Waag, als hebbende in qualiteit van waagmeester, vrij daarvan genoten gehad een somma van f. 250,en verzoekende om geallegieerde redenen, wegens dat verlies eenigsints te mogen worden ge- soulageerd en gededommageerd", haar jaarlijks haar leven lang met terugwerkende kracht tot 1 Jan 1750 de som van f. 125 uit te keren33. Wij weten niet, of zij na 1750 nog waag meester gebleven is. Een resolutie, waarin haar ontslag wordt gegeven of waarin een nieuwe waagmeester wordt aangesteld, ontbreekt in het memoriaal van burgemeesteren. Haar naam komt na 1753 niet meer in dit memoriaal voor. Opperdoes, die al van 1724 af de functie van waagmeester had vervuld, heeft dit ook na 1750 gedaan34. Daarnaast bracht het pachtersoproer van 1748 voor hem een belangrijke promotie mede. Beducht voor troebelen en aangespoord door de Prins van Oranje, Willem IV, haastten de Staten van Hol-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1967 | | pagina 98