45
doende bestrijding te vinden voor het toen algemeen heer
sende „aaltjesziek" in de narcissencultuur begon hij in een
kleine kamer van de daar gevestigde Tuinbouwschool, in een
ruimte waar het aan alle faciliteiten ontbrak. Er was zelfs
geen waterleiding. Zijn eerste successen schreef hij zelf toe
aan de omstandigheid dat hij zo wel gedwongen was het
meeste werk buiten op het veld te verrichten en in nauw con
tact met de practijk de ziekte te bestuderen. Hij had grote
bewondering voor de kennis en het inzicht van de ervaren
kwekers. De raad van een collega in die eerste dagen om hen
niet te laten blijken dat hij van de bloembollencultuur nog
niets afwist, wees hij resoluut van de hand met de woorden:
,,dat merken ze toch binnen vijf minuten". De bloembollen
kwekers waardeerden het van hem dat hij hen vragen stelde
en hij heeft er nooit een geheim van gemaakt dat zij in die
eerste jaren zijn beste leermeesters zijn geweest.
In het in 1922 opgerichte laboratorium werden resp. een
warmwaterbehandeling en een hete-luchtbehandeling uit
gewerkt resp. ter bestrijding van het „aaltjesziek" in de nar
cissen en het door een bacterie veroorzaakte „geelziek" in de
hyacinten. Na de brand in 1928 herrees een vergroot labo
ratorium en in de na-oorlogse jaren volgden verdere uitbrei
dingen tot een gebouwencomplex dat aan het einde van zijn
40-jarige loopbaan als plantendokter nog steeds „het labora
torium" werd genoemd. Dat de resultaten van het onderzoek
weerklank hadden gevonden blijkt wel hieruit dat de kosten
van deze nieuwbouw alsook die van het onderzoek zelf en het
instrumentarium grotendeels uit bijdragen uit het vak werden
gedragen. Het personeel was intussen uitgegroeid tot een staf
van 8 academici en ca. 50 medewerkers. De werkzaamheden
bleven niet beperkt tot de bestudering van bloembollenziekten
maar ook onderzoek over preparatiemethoden ter vergroting
van de gebruiksmogelijkheden van bloembollen in verschil
lende afzetgebieden werd hier verricht. Toen aan Van Slogte-
ren een benoeming tot hoogleraar in Groningen was aange
boden werd er een actie op touw gezet om hem voor het
bloembollenvak te behouden waarvan het resultaat was dat