31
Zoals blijkt uit eigen aantekeningen over zijn leven, was
Tollenaar geboortig uit een groot arbeiders gezin. Van jongs
af aan heeft hij hard moeten werken. In 1937 wist hij het eind
diploma H.B.S. te verwerven. De middelen ontbraken voor
verdere studie echter. Aanpakkend wat hij aan werk kon
krijgen, o.a. in winkel-reclame en bij een productie atelier
voor gipsbeelden en glas in lood (atelier van Frans Balen-
dong) leerde hij technieken beheersen en zich verder artistiek
te bekwamen.
Herman Moerkerk, de bekende illustrator van het voor
malige weekblad, „Katholieke Illustratie" was hem een
artistieke steun. De kunsthandelaar Piet Leffelaar hielp hem
om in de openbaarheid te treden. Zo ontwikkelde hij zich tot
onafhankelijk kunstenaar met veelzijdige ontplooiing in ver
schillende technieken.
Uit zijn korte aantekeningen over zijn gezin (hij was in
1942 gehuwd) en over de opleiding van zijn vijf kinderen,
kan men opmaken dat ook deze zijde van het leven voor
Tollenaar veel heeft betekend.
Niets leek voor deze opgewekte en ondernemende mens te
veel. Toch bleek de voortdurende inspanning aan vacantie
kwam hij niet toe te groot. Zijn plotseling heengaan kwam
als een harde slag voor zijn vrouw en kinderen. Moge het
enige troost voor hen zijn dat hij in het Haarlemse maat
schappelijke en kunst-leven een erevolle plaats heeft inge
nomen en veler waardering en vriendschap genoot.
Hopelijk zullen zijn werken die hier niet alle genoemd
konden worden in lengte van jaren blijven getuigen van
deze zowel in menselijk als in artistiek opzicht begaafde
persoonlijkheid.
H. A. Breuning