JACOBUS VAN LOOY
IN HET HUIS VAN ZIJN JEUGD*
Op 19 januari 1967 deelde het gemeentebestuur van Haar
lem aan het bestuur van de Stichting Jacobus van Looy"
mee dat de Van Looy-collectie die het bezit van de Stichting
is, niet langer kon gehuisvest blijven in het pand Kleine Hout
weg 103, het Huis Van Looy.
Het bestuur stond toen voor een moeilijke vraag: Waar de
collectie, bestaande uit tekeningen, schilderijen, handschrif
ten, boeken en correspondentie het best een plaats te geven?
Aan twee voorwaarden zou voldaan moeten worden. Voor
eerst moest de artistieke nalatenschap veilig geconserveerd
worden en beheerd met begrip en deskundigheid. En ten
tweede moest het teken- en schilderwerk onder het oog van
velen komen. Aan deze tweede voorwaarde werd in de voor
gaande jaren in het Huis Van Looy niet in toereikende mate
voldaan, de bekoring voor ingewijden was dat werk van
Jacobus van Looy hing in het huis waar hij jarenlang gewoond
en gewerkt had, maar de praktijk had uitgewezen dat te
wemig mensen de weg vonden naar een museum aan één
kunstenaar gewijd. Dit is een ervaring die ook elders opgedaan
is.
Aan de beraadslagingen van het bestuur mocht ik deel
nemen. Ik ben wel niet meer actief bestuurslid van de Stich
ting, maar het bestuur heeft mij bij mijn vertrek uit Haarlem
bijgezet als „lid van verdienste" en als zodanig werd ik ge
raadpleegd.
De bestuursleden hebben toen gemeend in te moeten gaan
op het voorstel van B. en W. van Haarlem: de Van Looy-
verzameling bewaren in het Frans Halsmuseum te Haarlem.
B. en W. waren van oordeel dat „noch uw stichting noch de
Voordracht gehouden door Dr L. M. van Dis, op 13 mei 1970, in het Frans
Halsmuseum, bij gelegenheid van het overbrengen naar het Frans Halsmuseum
van de collectie- Van Looy, die het bezit is van de StichtingJacobus van Looy".