begaf zich de volgende dag onverwijld naar de heer D. Vennik, koster van de Groote Kerk, wetende dat de Groote Kerk haar tin in de 17e eeuw stempelde met een afbeelding van de Bavo, dat de kerk meerdere kannen van dit type bezit en dat er wel eens tin uit de kerk gestolen was. Spoedig bleek, dat de bewuste kan identiek was met die van de Groote Kerk en het stempel dat van de Bavo uit 1646 moest zijn. Als gemeld, was in 1969 een dergelijke kan uit de kerk ont vreemd en waren nasporingen zonder resultaat gebleven. De vol gende dag reisde de Haarlemse recherche, vergezeld door de heer Vennik en van enkele identieke kannen en bovendien van het stempel uit 1646, naar de antiekbeurs te Breda. De herkomst van de daar aanwezige kan liet bij vergelijking geen twijfel over. Dank zij de medewerking van de dokter en van de Breda-se an tiquair staat de kan thans weer in de kerk en wel in een der ka mers, waar het publiek geen toegang heeft, en op de kast, waar op de kan oorspronkelijk stond, staan thans enkele kommen, welke niet zo gemakkelijk te verduisteren zijn. Th. Hoog 205

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1971 | | pagina 207