lijking met de vaten chemicaliën van voorheen, kunnen de thans
aanwezige vaten sherry als een bewijs van smaakverbetering in de
exploitatie van dit monument worden aangemerkt. Het uiterlijk
is met deze vochtveredeling in overeenstemming gebracht.
De voornaamste correctie van het uitwendige is wel de vervanging
van de lelijke brede deuropening door een kruiskozijn, gelijk aan
het reeds bestaande. De twee identieke bogen in het metselwerk
waren een aanwijzing dat de toestand vroeger zo geweest moet
zijn. Het nog uit de bouwtijd daterende grote kruisvenster in het
linker gedeelte bleek van eikehout te zijn en is met zorg hersteld.
Bij het onderzoek kwamen in de stijlen gaten van toognagels en
pennen aan het licht, midden tussen de onderdorpel en het kalf.
Dit leidde tot de veronderstelling dat zich op die hoogte een tus-
sendorpel bevonden heeft. De aanwijzingen waren echter te be
perkt om deze toestand te kunnen reconstrueren. Van het uitwen
dige heeft waarschijnlijk alleen dit gevelvlak onder de cordon
band nog de oorspronkelijke vorm. Een ernstige verstoring is in
de vorige eeuw teweeggebracht door het aanbrengen van een ge
knikt dak op het achtergedeelte aan de Zuiderstraat. Deze achter-
bouw, door een tussenmuur gescheiden van het hoekpand, maakte
deel uit van het Lutherse Wees- en Armenhuis, dat zich uitstrekte
tot de hoek van de Gasthuisstraat. Van een verandering van dat
lelijke dak moest met het oog op de kosten worden afgezien. In
de gevel van dit achterstuk werd bij de restauratie volstaan met
het aanbrengen van roeden in de twee muuropeningen op de ver
dieping, overeenstemmend met de indeling van de ramen beneden.
Het raam aan het eind van de gevel is vervangen door een uit een
sloop afkomstig deurkozijn, ter verkrijging van een afzonderlijke
toegang naar de verdieping. De eigenlijke ingang is gemaakt op de
hoek van de Zuiderstraat, onder een aanwezig raamkozijn. Ver
moedelijk was daar ook vroeger reeds een deur, want dit raam
bleek het bovenlicht te zijn geweest van een deurkozijn. De ope
ratie kon dus beperkt blijven tot het wegbreken van wat metsel
werk en het verlengen van de stijlen.
Het gebouw door deze toegang binnentredend, ziet men een met
moer- en kinderbinten afgedekte ruimte, die eigenlijk wat te hoog
is voor de intieme handeling van het ledigen van een glas sherry.
211