bibliotheek en een zaal voor jeugdwerk. Door de toegevoegde
bouwmassa zo laag mogelijk te houden is het oude rechthuis visueel
het belangrijkste element gebleven. De naam luidt nu Bibliotheek
Oud-Schoten, zoals te lezen valt op het tegen de voorgevel aan
gebrachte bord. De officiële ingebruikneming vond plaats op 15
oktober 1971, bij welke gelegenheid tevens het 375-jarig bestaan
van de stadsbibliotheek werd herdacht.
De aanblik die het complex nu biedt, zal niemand meer doen
verzuchten dat het gebouw beter gesloopt had kunnen worden.
Gelukkig is het de dieptepunten van zijn bestaan te boven geko
men. De teruggang in waardigheid begon eigenlijk omstreeks 1907,
toen de vroede vaderen van Schoten verhuisden naar een nieuw
raadhuis aan de Schoterweg en het rechthuis als zodanig had afge
daan. De degradatie werd vooral goed merkbaar bij de verschij
ning van een aantal op verhuring wachtende bakfietsen, die de
broodwinning vormden van een van de laatste bewoners en een
demonstratie waren van de rechteloosheid waaraan een rechthuis
kan zijn overgeleverd. Een samenraapsel van primitieve aanbou
wen en schuren completeerde het beeld van een behuizing waar
van onaanzienlijkheid nog het enige kenmerk was. Het zijn dik
wijls dit soort verschijnselen die de ondergang van een monument
tengevolge kunnen hebben. Een pleidooi tot behoud lijkt dan
weinig overtuigend meer te zijn. Des te groter is de voldoening als
het toch weer gelukt is en een bezonken inzicht het heeft gewon
nen van de neiging tot radicale beslissingen.
Een eveneens buiten de oude grenzen van Haarlem gelegen pand
is de woning Rollandspad 2, voorheen behorend tot het grond
gebied van Bloemendaal. Het is nog niet gebleken of wij in dit
huisje een overblijfsel moeten zien van het Huis Rolland of dat
het heeft toebehoord aan het nog bestaande Schoonoord. Het per
ceel is eigendom van de gemeente Haarlem en werd voor onge
veer vier gulden per week verhuurd aan de kunstschilder Rober,
die er sedert 1934 woonde en er zijn atelier had. Na zijn overlijden
in 1969 deed de mogelijkheid zich voor tot het uitvoeren van enige
verbeteringen. In juni 1971 kon daaraan worden begonnen en na
de gereedkoming werd de woning betrokken door de kunstschilder
226