den en heett met stad en streek tot het einde van zijn levens
dagen intensief meegeleefd. Hij heeft er zich waarlijk thuis ge
voeld.
Zijn levensweg naar Haarlem en naar het ambt van Commissa
ris der Koningin is wel eens getekend als langs lijnen van geleide
lijkheid. Met deze kenschets wordt het avontuurlijke in deze loop
baan onderschat. Er zijn in Dr. Prinsen's loopbaan wendingen
geweest, die blijk gaven van grote moed bij het nemen van be
slissingen, van het aangaan van waagstukken, die slechts met veel
inzicht, beleid en beheersing van vele factoren tot een goed einde
konden worden gebracht.
Dr. Prinsen vond zijn leerschool bij de belastingdienst. Hij was
een gezaghebbend ambtenaar en een gewaardeerde docent. Maar
vooral was hij wetenschapsbeoefenaar, die in publicaties en an
notaties op de jurisprudentie baanbrekend werk deed.
Hij vond naast zijn ambtelijke en publicistische werk tijd voor
zijn juridische studie en zijn promotie.
In 1939 werd Dr. Prinsen door het Ministerie van Financiën
„uitgeleend" aan het Ministerie van Binnenlandse Zaken in de
unieke functie van Raad-Fiscaal. Zijn taak was aanvankelijk een
nieuwe financiële verhouding te ontwerpen tussen Rijk en ge
meenten. Hij wist zich evenwel gedurende de bezettingsjaren een
zodanige vertrouwenspositie te verwerven, dat hij na de bevrij
ding de aangewezen man was voor Secretaris-Generaal. Daar
naast werd hij de secretaris van de Ministerraad, secretaris van
de Ronde Tafel-Conferentie en Secretaris-Generaal van de Ne
derlands-Indonesische Unie. Kortom, Dr. Prinsen had de hoog
ste ambtelijke functie bereikt en was een van de top-adviseurs
van de Regering.
Zijn benoeming tot Commissaris der Koningin in de Randstad
provincie Noord-Holland moet voor hem betekend hebben, dat
hij van top-adviseur zelfstandig bestuurder werd. Ik druk het met
opzet aldus uit, omdat onder de oude Provinciewet het ambt van
Commissaris der Koningin meer dan thans het hoogste ambtelijke
toezicht door het centrale gezag op de provincie inhield.
Dat het anders geworden is komt vooral door de arbeid van Dr.
Prinsen als voorzitter van de Commissie, die de nieuwe Provin-
21