5 mei wordt een brief van de prins aan de Staten van Holland voorgelezen, waarin hij mededeelt voor zijn zaken naar het bui tenland te moeten gaan en hij om geld vraagt om zijn schuldei sers te kunnen voldoen. 8 augustus bericht Thomas Thomasz. dat er belastende opmer kingen worden gemaakt over en tegen diegenen, die hebben mee gewerkt aan het bouwen van de schuur. Hij krijgt om zich te ver dedigen een afschrift van de resolutie van 12 oktober. 18 augustus wordt deze resolutie nog eens voorgelezen en men besluit dat het verstandiger is, om vanwege de stad aan Thomas Thomasz. c.s. een akte van indemniteit te geven. Zo wordt voor komen dat de in de resolutie genoemde 200.- en andere zaken al te zeer in het oog zullen vallen. 31 augustus vragen de commissarissen van het Hof van Holland om een verslag van de troebelen in Haarlem. Zij krijgen ten ant woord dat die in Haarlem niet hebben plaats gevonden en dienen een vragenlijst in. I september worden de antwoorden op de vragenlijst besproken. Men besluit om de besprekingen met Brederode over de hand- tekeningenaktie weg te laten. II oktober wordt een nieuwe vragenlijst voorgelezen. 14 oktober worden de antwoorden hierop besproken. In de loop van 1567 werd het duidelijk, dat het met de overal gesignaleerde bewegingen om meer godsdienstvrijheid slecht zou aflopen. De landvoogdes zag kans om in het Zuiden de rust te herstellen. In mei werd een bijzonder streng plakkaat tegen de ketters afgekondigd. In maart 1568 werden Thomas Thomasz. en zijn vrienden ondanks hun akte van indemniteit gevangen gezet wegens hun bemoeienis met de Geuzenschuur Vele andere Haarlemmers weken uit, hun goederen werden ge confisqueerd. Vooral uit de registers van het beheer van die goe deren, die op het Algemeen Rijksarchief worden bewaard, ken nen wij de namen van de voorstanders van de nieuwe religie in Haarlem. De namen diergenen, die geen goederen om te confis- 83

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1971 | | pagina 85