VERSLAG VAN DE INVENTARISATIE VAN
HAARLEMSE HISTORISCHE VOORWERPEN
In 1970 werd door de Vereeniging „Haerlem", het Gemeentear
chief en het Frans Halsmuseum het initiatief genomen tot een in
ventarisatie van voorwerpen, die betrekking hebben op de ge
schiedenis van Haarlem en omstreken. Er werd gedacht aan een
historische tentoonstelling ter herdenking van het beleg van
Haarlem door de Spanjaarden, dat in 1972 en 1973 vierhonderd
jaar geleden plaats vond. De inventarisatie zou speciaal gericht
zijn op voorwerpen, die verband houden met het beleg, maar
daarnaast zou tevens gekeken worden naar historische voorwer
pen uit andere perioden, zodat een overzicht van Haarlems his
torisch bezit ter beschikking zou komen te staan van de drie
bovengenoemde instellingen. Het ministerie van Cultuur, Recre
atie en Maaschappelijk Werk verklaarde zich bereid de nodige
subsidie te geven om deze inventarisatie te verwezenlijken. On
dertussen werd gezocht naar een student(e) geschiedenis, die als
stagiair(e) aan deze inventarisatie zou kunnen werken. Eind 1970
werd ik hiervoor aangewezen en werd besloten, dat ik mij onder
leiding van de heren H. P. Baard, N. M. Japikse, A. G. van der
Steur en J. J. Temminck gedurende zes maanden (april-oktober
1971) zou bezig houden met het opsporingswerk.
Werkwijze
Als basis nam ik de historische voorwerpen in openbaar bezit,
hoofdzakelijk het Frans Halsmuseum, het Gemeentearchief, de
Stadsbibliotheek en het Stadhuis. Daarnaast heb ik historische
voorwerpen in bezit van particuliere en kerkelijke instellingen in
de inventaris kunnen opnemen. Hieronder vielen o.a. de Teyler's
Stichting, de Vereeniging ,,Haerlem", de Hollandse Maatschappij
der Wetenschappen, de Nederlandse Maatschappij voor Nijver
heid en Handel, de sociëteit „Trouw moet Blijcken", het Bis
schoppelijk Museum en de St. Bavo. Tevens bezocht ik de Haar
lemse hofjes met hun historische regentenkamers. Door middel
85