middenstuk boven de cartouche en twee afgehakte eindstukjes, die als hoekblokjes bleven voortbestaan. Een merkwaardigheid van deze gevel is het uitgekraagde boven gedeelte, dat draagt op 6 gebeeldhouwde consoles. De middelste twee zijn versierd met een engelenkopje en de andere vier met een leeuwenmasker. Ook uit de sluitstenen van de drie tudor- bogen ziet een engelengezichtje op ons neer. De bovenste tudor- boog geeft extra reliëf aan de gevel door een geprofileerde om randing, die aan weerszijden steunt op een kleine console. De zandstenen onderdelen en het metselwerk waren geschilderd. Op het verfwerk van de gevel had men witte voegstrepen aange bracht. Datgene wat dit monument als het ware een eigen per soonlijkheid geeft is wel het opschrift dat staat ingebeiteld in de natuurstenen band boven de onderpui. In drie gedeelten lezen wij daar: „lek blijf getrou int soet Nederlant, ick wijck nyet af". De standvastigheid die uit deze woorden spreekt heeft er mis schien toe bijgedragen dat men het slopen van dit huis nooit heeft aangedurfd. Toch is het nog niet zo lang geleden dat dit vermoedelijke werkstuk van Lieven de Key ten dode was opge schreven. Sinds 1910 woonde er de familie Kuipers, instrument makers en opticiëns. In 1932 kon het gezin blijkbaar niet goed meer in de beperkte ruimten van de verdiepingen gehuisvest worden. Er werd een bouwplan ingediend dat schrikbarend ge noemd kan worden. De ontwerper had een totaal nieuw pand ge tekend, met twee volledige verdiepingen en een teruggebouwde derde verdieping. Twee boven elkaar geplaatste erkers in de voorgevel vertegenwoordigden de architectonische visie van de dertiger jaren. Burgemeester en wethouders realiseerden zich dat de oude gevel kon worden aangemerkt als een gedenkteken van geschiedenis en kunst en zonden het plan aan de minister van on derwijs, kunsten en wetenschappen. Het antwoord luidde als volgt: „Uit het overgelegde plan is gebleken dat het aantal ver trekken, hetwelk de eigenaar denkt nodig te hebben, met behoud van de gevel bezwaarlijk zal kunnen worden verkregen. Ik zal derhalve, hoewel betreurend dat het geveltje verloren zal gaan, geen pogingen tot behoud ervan aanwenden". Gelukkig was het gemeentebestuur zo verstandig de aanvrage af te wijzen, dank zij 106

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1972 | | pagina 108