198 Hollandse leeuw jaarletter F (1752) meesterteken: gekroond monogram van WB lossingsteken N (Haarlem 1795) Opm.: Het genoemde meesterteken (Voet Den Haag no. 110) heeft toebehoord aan de zilversmid Jan Willem Burgers, die in 1739 opgenomen werd in het eedboek van het gilde. Herkomst: Aankoop „Duinzigt" (1907). Lit.: Ned. Mon. beschr. Leiden, p. 222. BRIJLEPEL 148 De steel, waarvan het uiteinde een afgeronde vorm heeft, is door middel van een enkel lof met de steel verbonden. Lengte: 36 cm. Merken: stadskeur van Amsterdam Hollandse leeuw jaarletter X (1757) meesterteken: PM, waartussen een rozet Opm.: Het genoemde meesterteken (Voet A'dam no. 397) wordt toegeschreven aan de zilversmid Pieter Mourits van Dusseldorf (1707-1789), die in 1732 als meester in het Amsterdamse gilde werd opgenomen. 3 KANDELAARS 149-151 De voet is geplaatst op een viertal naar binnen gezwenkte poot jes, waartussen zich symmetrische schelpmotieven bevinden. Uit een enigszins verdiept, cirkelvormig middengedeelte ontspringt een vierzijdige balusterschacht, die Versierd is met schelpen en lambrequins. Dit laatste ornament herhaalt zich op de vaasvor- mige kaarsenhouder, die de bekroning vormt van de kandelaar. Onder de voet is op slordige wijze het opschrift „AM OEM" in- gegrift (zie no. 117-118). De kandelaars maken deel uit van een set, waartoe ook de nrs. 117-118, 121 en 137-138 behoren.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1973 | | pagina 200