281
Slag aan het Manpad
De in het vorige artikel besproken kaart van Symon Meeusz. van
Edam bevat, zoals reeds werd vermeld, mede de aanduiding:
„die wech die men rijt uuyt Haerlem nae Leyden". Volgens de
kaart krijgt deze weg op Heemsteeds gebied een eigennaam: „het
Mannepat". Het is dat gedeelte van de weg tussen Haarlem en
Leiden, dat tegenwoordig de naam „Herenweg" draagt. Het
Mannepat was dus niet zomaar een voetpad dat zich door de
duinen slingerde, maar een integrerend onderdeel van de be
langrijke noord-zuid verkeersader in het toenmalige Holland.
Groesbeek (1972, pp. 23, 24) vermeldt in zijn „Heemstede in de
historie" een tweetal veldslagen aan het Manpad. Het eerste
treffen vond plaats in 1304, toen Witte van Haemstede aan het
hoofd van een bijeengeraapte krijgsmacht vanuit Haarlem de
naar het noorden oprukkende Vlamingen tegemoet trok. De
Vlamingen werden in de pan gehakt, waardoor Haarlem gered
werd. Het verhaal van de slag is bij het volk blijven leven en
de kroniekschrijver Johannes a Leidis stelt het in de 15e eeuw
te boek. (Dat is dus enkele tientallen jaren vóór het verschijnen
van de kaart.) Hij is de eerste die zegt dat er slag bij het Manpad
werd geleverd.
De tweede veldslag vond plaats op 8 juli 1573 (dus 34 jaren na
het verschijnen van de kaart). Teneinde te pogen Haarlem te
ontzetten, begon Prins Willem van Oranje op 2 juni met het
bijeenbrengen van troepen te Sassenheim. Op 8 juli trok vanuit
Noordwijkerhout het leger op, „om langs Hillegom en het Man-
nepad" Haarlem te bereiken. Nu, duidelijker kan dit wel niet
gesteld worden.
In beide gevallen betrof het dus legers die vanuit Leiden in noor
delijke en vanuit Haarlem in zuidelijke richting trokken en elkaar
ergens ontmoetten. Dat „ergens" is dan bij het Manpad ge
weest.
Evenals tegenwoordig nog steeds het geval is, was het ook vroe
ger de gewoonte dat legers gebruik maakten van de wegen om