102 plaatsingsmogelijkheid over kleine afstanden steeds meer ge voeld. Vele steden kenden reeds openbaar vervoer. In 1864 hadden met paarden bespannen voertuigen, die over een ijzeren weg - rails - werden voortgetrokken, hun entrée in 's-Gravenhage gemaakt. In andere steden, w.o. Amsterdam sinds 1839, waren paardenomnibussen in zwang, een soort diligences, echter een voudiger van uitvoering en voor het vervoer van een groter aantal passagiers ingericht. Het behoeft geen betoog dat een rit in zo'n paardenomnibus niet een van de aangenaamste was. De voertuigtechniek, vooral de vering, stond nog niet op het heden daagse hoge peil! Een rit met de paardetram daarentegen was een genoegen, omdat men vrijwel zonder schokken over de gladde spoorstaven reed. Het lag in de lijn der verwachtingen dat Haarlem niet achter kon blijven. De stad telde, toen driekwart van de negentiende eeuw verstreken was, ongeveer 35.000 inwoners. Uitbreidingen van de bebouwde kom maakten de afstanden waarover men zich moest verplaatsen steeds groter. Het is dan ook niet verwonderlijk dat ondernemende lieden als de heren P. Rouwenhorst Muler, commissionair in effecten, A. Numans, gepensioneerd luitenant-kolonel der Genie, W. H. Muntendam, oud-postdirecteur en W. A. Kuiler, commissionair, zich in die tijd met tramplannen binnen Haarlem gingen bezig houden. Een tramweg kon volgens hen voor de welvaart van de stad niet langer gemist worden. Met voortvarendheid togen de heren aan de slag en spoedig dienden zij concrete voorstellen bij de gemeenteraad in, daarbij hun eigen belang goed in het oog houdend. Zij verzochten, wegens gedane moeite en gemaakte kosten voor hun plannen, met uitsluiting van ieder ander, om een voorlopige concessie voor de tijd van zes maanden, waarbinnen een definitieve concessieaanvrage zou worden ingediend. Bij besluit van 5 juli 1877 van de gemeenteraad werd de voorlopige concessie gegeven met in het achterhoofd de gedachte, dat men wel nimmer op de zaak zou terugkomen. Hoe anders pakte dit uit; reeds een maand later legden de heren gedetailleerde plannen aan de gemeenteraad voor. In de courant

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1974 | | pagina 104