193
Deze mannen behoorden, overeenkomstig Maria's eis, tot de
rijkste en sociaal aanzienlijkste families van Haarlem. Gedurende
de gehele 16de eeuw komen we vertegenwoordigers van Haarlems
adellijke families tegen op sleutelposities, Onder hen: Van Loo,
Van Wamelen, Van Vliet, Van Berckenrode, Van Schoten, Van
Bronkhorst, Van Duvenvoorde, Van Assendelft en Van Schagen.
Sommige van deze familienamen komen zelfs voor in de door
Maria van Bourgondië benoemde vroedschap en er zijn er ook,
die verder teruggevoerd kunnen worden - in het geval van de
Van Vliets, tot 1204 8. Deze lagere adelfamilies vermengden zich
in de Nederlanden vrij gemakkelijk met de burgerlijke families,
de klasse der gegoede burgerij. Tijdens de eeuwen van Haarlems
ontwikkeling als stad was het bestuur er in de handen van de
twee bovengenoemde groepen - of liever: van deze ene groep -
terecht gekomen. De rijkdom, waarover deze families beschikten,
was dikwijls verbazingwekkend. Nicolaas van der Laen, reeds
genoemd als zevenmaal burgemeester tussen 1560 en 1572, kocht
het huis „De Bellaert", Kruisstraat 51. Hij betaalde er, in 1559,
950 Karolusgulden voor.
„In ,de Bellaert' woonde Nicolaes van der Laen echter niet, zo
als blijkt uit de transportakte van 12 december 1562, waarin hij
aan Nicolaas van Nieuwland, bisschop van Haarlem, overdraagt
twee herenhuizen waarvan een genaamd is ,de Proostdye'.
met nog een huis en erf, steeg en poort daarbezijden, genaamd
,de Bellaert' in de Kruisstraatalles tezamen voor 6000 Karo
lusgulden" 9.
Men kan dit enorme bedrag alleen op waarde schatten, als men
het stelt tegenover de Thesauriersrekeningen van de stad. In het
jaar 1562 had de stad Haarlem zelfs een inkomen van iets meer
dan 20.417 10. Wat Van der Laen voor de verkoop van deze
bezittingen kreeg, was bijna één derde van het hele jaarinkomen
van Haarlem. Men vergelijke ook het gemiddelde jaarinkomen
van een Haarlemse brouwer, door Van Loenen becijferd op 92
in 1520 en 135 in 1548 W Hoewel we weten, dat Van der
Laen zelf een brouwer was, is het al met al duidelijk, dat hij
geen „gemiddelde" brouwer was, Zijn transacties in onroerend
goed plaatsten hem zeer bepaald in een hogere sociale klasse