194
dan de gemiddelde brouwer, in een soort renteniersklasse. Het
gaat wat te ver Van der Laen af te schilderen als het prototype
van een magistraat, maar zijn geval toont wel aan, dat in de jaren
1560 de leden van het stadsbestuur nog steeds behoorden tot „de
rycxsten, notabelsten en reckelicxsten van onser voirscreven
stede".
Het was tot de 19de eeuw in Europa heel gewoon, dat die leden
van de maatschappij, die het 't beste konden betalen, vrijgesteld
waren van belastingplicht. In Haarlem was het zo, dat de stads
bestuurderen „evenals de edelen en geestelijken (waren) vrijge-
Nicolaas van der Laen.
Gravure.
Gemeentearchief Haarlem