203
's Bisschops rijkdom was niet gering. De lezer zal zich herinne
ren, dat hij in december, nog voor hij zijn kathedraal betreden
had, een huis had gekocht van Nicolaas van der Laen voor de
somma van 6000 Karolusgulden! De wereldlijke clerus en zijn
kerken moeten wel danig rijk zijn geweest, generaliter gesproken.
Zo vinden we in het Haardstedenregister van 1555 b.v. onder
„Heer Cornelis Claeszoon, priester" zeven haarden. Zeven haar
den, dat suggereert een groter huis dan de doorsnee woning van
een schutter en meer een huis, dat vergeleken kon worden met
dat van menig vroedschapslid. De kerken zelf waren goed ge
bouwd en bevatten de fraaiste voorwerpen (vaak giften of eigen
dommen van de verschillende gilden). Mogen de Bavo en de
andere parochiekerken door hun festiviteiten en hun imposante
uiterlijk de aanwezigheid van de seculiere clerus alom zichtbaar
hebben gemaakt, de aanwezigheid van de reguliere geestelijkheid
kon eenvoudig geen moment verborgen blijven. Met een be
volking van slechts om en nabij 18.000 zielen, kon Haarlem zich
verheugen in niet minder dan 19 mannen- of vrouwenkloosters
binnen zijn muren. ,,De geschiedenis van de Haarlemse kloosters
gaat vrijwel even ver terug als de verlening van stadsrechten in
1245" 34. Ze begint met de stichting van het Carmelietenklooster
in 1249, mogelijk gemaakt door de schenking van een huis in de
Grote Houtstraat door Simon van Haerlem (het poortje van
Grote Houtstraat 9, tegenover de Paarlaarsteeg, is hier een laatste
overblijfsel van - vert.). Van die tijd af verschenen regelmatig
nieuwe kloosters in Haarlem, maar de grootste groei kwam toch
in de 15de eeuw: „Samenhangend met de grote bloei van het
kloosterwezen, met name van de Windesheimer congregatie en
de Minderbroeders Observanten, vinden wij echter ook in Haar
lem, net als in andere Nederlandse steden, in de 15de eeuw een
hele reeks kloosterstichtingen, welke wordt afgesloten met de
stichting van het Cellebroedersklooster (1496)" 35.
Tegen het midden van de 16de eeuw dan was de situatie voor de
regulieren in Haarlem ongetwijfeld zeker en stabiel.
Net zoals in andere steden vermeerderden giften van gelovigen
en andere bronnen van inkomsten de bezittingen van de verschil
lende kloosters. Een nieuwe blik op het Haardstedenregister van