237
Er had in Haarlem altijd een traditie bestaan om, in zaken van
gewicht, enkele andere rijke en belangrijke mannen voor de
vergadering van de vroedschap uit te nodigen; hoe lang is niet
precies bekend. In het najaar van 1566 evenwel werden dit soort
vergaderingen zeer frequent. We zagen reeds, dat „een groot
deel van den moutmakers oick van de rijcke ende achtbare
poirters" met de vroedschap vergaderde, toen eenmaal was be
sloten de Geuzenschuur te laten bouwen. Ruim een week voor
die vergadering, op 1 oktober, had burgemeester Nicolaas van
de Laen (nota bene zelf een brouwer) in een toespraak de brou
wers opgewekt de magistraat bij te staan in het handhaven van
de rust in de stad21
Wie waren die „rijcke ende achtbare poirters", die geconsulteerd
werden? Alles wijst er op, dat zij kwamen uit dat segment der
maatschappij waaruit de schutters afkomstig waren. Bekijkt men
de lijst van namen van diegenen die inzake de schuur geconsul
teerd waren, dan wordt men getroffen door het overheersend
aantal schutters of mogelijke schutters. Van de 28 ter vergade
ring, staan er tien ook op de Clovenierslijst van 1560, en voor
twee geldt dat misschien. Van degenen die niet op de Cloveniers
lijst voorkomen, waren vier zeker brouwer, een vijfde misschien
en nog een ander was absoluut een moutmaker.
Een normaal argument, door de bestuurderen gebruikt om de
steun van deze mensen te verkrijgen, was, dat oproer en wette
loosheid en de daarmee gepaarde vernieling - de dreiging die
van de gereformeerden uitging schadelijk zouden blijken te
zijn voor de handel. Men nam daarbij impliciet aan, dat de reeds
verzwakte economie nog meer te lijden zou krijgen. Rust in de
stad daarentegen werd door de vroedschap, zo niet door de koop
lieden, vereenzelvigd met economische consolidering, ja, met
expansie. Burgemeester Van der Laen gebruikte zulke argumen
ten regelmatig; wellicht dat hij door de vroedschap werd afge
vaardigd vanwege zijn connecties met de brouwerswereld. In zijn
toespraak tot de brouwers op 1 oktober suggereerde hij hun, dat
een vreedzaam Haarlem vluchtelingen zou aantrekken uit woeli
ger streken en dat deze zouden helpen Haarlems slappe econo
mie tot nieuw leven te wekken 22.
