243 altijd niet op z'n gemak; „overmits alle de schutters in 't gemeen den voorleden dach nyet en hadden willen beloven metter daedt te helpen beletten het uitwerpen der beelden33. Nu besloot men om, in plaats van tot de schutters in vergadering, met iedere schutter persoonlijk te spreken. Elke schutter kreeg een uitnodi ging en men legde hem de ernst van de situatie uit. hoe het welzijn van hemzelf, zijn vrouw en de kinderen op het spel ston den. De vroedschap smeekte de schutters bijkans „dat zijluyden daer inne doch geen zwarichheyt zouden maken". Na dit alles verschenen de vinders der schutterijen voor „mijnen Heren van den Wet ende vroedschappen" 34. Ongetwijfeld tot grote ontstel tenis van deze hoogwaardigheidsbekleders verklaarden zij „dat gemeenen schutters al te samen noch in vasten voornemen von den omme vreemden uit te weren ende alhoewel eenige zwa- richeyt scenen te maken in 't beloven van t beeldstormen dade- lyck te weren, alleenlyc overmits gewislyck beduchten, dat zulcx gesciedende, d'ien des anders bloetmaegen ende vrinden zouden mogen staen, ende deurdyn in een onderlinge burgerlycke bloet- stortinge over hoop geraken". Al „beloofden nochtans de schut ters al te zamen eendrachtelyck zelve geen handt an beelden te slaan het is zeer de vraag of de bestuurderen, dit alles ge hoord hebbende, overeenkomstig de wens van de schutters „wel gerust mochten wesen" 35. We staan hier heel duidelijk op een keerpunt in de geschiedenis van de schutterijen en van de stad zelf. Of zulks op dat moment ook zo werd ervaren is de vraag, maar men mag toch wel aan nemen, dat tenminste enkelen zich bewust zijn geweest van wat er aan het veranderen was. Schutters hadden tot dien onschade lijke „hobbies' 'gehad: papegaai schieten, slempen en plempen, meelopen in de processie, etc. Nu waren ze plotsklaps in een positie, waar één woord van hen zou beslissen over goed en bloed van de ganse stad. Er kan niet met voldoende nadruk worden gewezen op de impli caties die een mogelijke verandering in het rolpatroon der schut terijen zou hebben. Men zal zich herinneren, dat schutters ge- recruteerd werden vooral uit de middenklasse in Haarlem, als kooplieden waren ze volledig afhankelijk van de economische

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1974 | | pagina 245