281
op Groenendaal was afgeleverd en diende voor het oppompen
van water en het op peil houden van de vijvers, sloten en grach
ten, waarna nog enige technische gegevens volgden.
De volgende dagen gebeurde er niet veel dat hier het vermelden
waard is. Een uitzondering: op dinsdag 24 augustus was men in
Beverwijk, waar Nina de vrouw van de herbergier zag die een
muts op had met veel goud, fijne pareltjes, kant en borduursel,
maar zich niettemin in négligé bevond.
Woensdag was het weer een drukke dag:
's Ochtends gingen we naar de tekenacademie waarvan onze
Cootje de president is. Het gesprek ging in 't Hollands, waarvan
ik niet veel zal zeggen, omdat ik er niet veel van heb begrepen.
Vervolgens trok men naar het huis van Hope: Dit is erg mooi,
maar ik ben er toch geenszins tevreden over. De schilderijen
galerij is samengesteld uit fraaie en lelijke stukken, maar de hele
stijl in dat gebouw is opgezet met een hoe zal ik het zeggen
met pretentie. Voor de deur van de voorste zaal ligt een hele
stapel sloffen en iedereen die naar binnen gaat moet een paar
aantrekken. De tuin is heel lelijk. Er bevindt zich een zogenaam
de kluizenaarswoning („Eremitage") die bestaat uit een met riet
bedekte hut die van binnen een kabinet blijkt te zijn vol slechte
en indecente schilderijen. Er is ook een bibliotheek van romans,
blijkbaar om tot dromen te komen in deze mooie omgeving.
We zagen ook standbeelden, hoofdzakelijk van Venus. We keer
den terug naar de stad.
In de namiddag stond een bezoek aan het weeshuis op het pro
gram: Charles had een zak met bonbons, die hij aan de kinderen
moest uitdelen. En daarna ging men naar tante Dientje, daar
werkten en converseerden we heel gezellig, terwijl we chocola
dronken. Gezeten in een kring moest iedereen een instructieve
vraag stellen, bijvoorbeeld of de muziek, het schilderen of de
poëzie het oudst waren, waarover dan werd beslist nadat ieder
lid van het gezelschap daarover z'n mening had gezegd. De
avond ging zo heel vrolijk voorbij. Maar: Thuis terugkomend
werd alle plezier van de mooie dag weggevaagd door een pakket
brieven uit Amsterdam. M'n oom en Mietje, jaloers op ons ver-