310 Wie zich op het achterterrein waagt zoekt tevergeefs naar de Koetswagenpoort. Deze verdween bij de nieuwbouw aan de Anegang en de Frankestraat. In plaats van de smalle poortin gang kwam daar een formidabel gat. Zonder offers kan de stad geen levend organisme blijven. Dat „Het Reehart" mocht blijven staan heeft ons monumentenhart gerust gesteld. De balans van monumentenzorg sloeg nu niet al te veel naar de verlieskant door. Toen de Rijksdienst voor de Monumentenzorg in 1965 het huis Nassaulaan 8 fotografeerde, leek de gevel nog gaaf te zijn. De bepleistering verborg echter gebreken die eens aan het licht zou den komen. Tussen 8 en de rechter belending is een gemeen schappelijke bouwmuur. Op het eind van de vorige eeuw kreeg deze belending een andere gevel. Het loodrecht opgetrokken metselwerk hiervan werd ingekast in genoemde muur. Daardoor had de oude trapgevel er geen voldoende verband meer mee. De bepleistering, aangebracht omstreeks 1880, kon de muren niet bij elkaar houden. Als er geen bussen langs hadden gereden zou er misschien nog niets gebeurd zijn. In 1972 kwamen er klachten over vallend pleisterwerk. Er zat werking in het rechter gedeelte van de gevel, doordat deze van de bouwmuur was losgescheurd. Bouwtoezicht deelde de eigenaar mede dat maatregelen moesten worden getroffen. Monumentenzorg kreeg tot taak te bemiddelen. Veiligheidshalve werden stutten geplaatst. Door gebrek aan geld kon er voorlopig verder niets gebeuren. In januari 1974 werd eindelijk met het werk begonnen en na drie maanden was het gereed. Er viel weinig meer van de gevel te redden. Het metsel werk aat we nu zien is geheel nieuw. Het oude karakter is even wel behouden gebleven. Dit zou waarschijnlijk niet het geval zijn geweest als het hier geen beschermd monument betrof. Het Gemeentearchief onthult ons iets over de geschiedenis. In 1617 sluit Willem van den Heuvel een overeenkomst met de eigenaar van het achterliggende perceel betreffende de gemeen schappelijkheid van een bepaalde muur. Hieruit kan worden op gemaakt dat een nieuw huis gebouwd werd. De bouwtijd kan dus worden gesteld op 1617. Een soortgelijke overeenkomst was er

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1974 | | pagina 312