60 hofstede wordt door een combinatie van vier personen gekocht voor 10.206,-. De kopers laten het huis slopen, maar de vrij gekomen grond ervan doen ze een jaar later voor 12.293 gld. 13 stuivers in eigendom over aan Johanna Kops, wonende te Haar lem. Geen onvoordelige transactie voor de heren, als men be denkt dat de sloopmaterialen van het huis hun bovendien ten goede kwamen! Het overige deel van de hofstede, te weten de boerderij met bijbehorende landerijen, wordt in 1784 gekocht door de Haarlemse koopman Willem Philip Kops, broeder van de eerder genoemde Johanna Kops. De omschrijving van hetgeen hij koopt luidt dan: „de hegte, sterke en in alles compleete huis- manswooning genaamd Veen en Duijn, geleegen neevens de voorgemelde hoffsteede, met deszelfs erven, werf, stallinge voor 28 koebeesten en 2 paarden, mitsgaders circa 25 morgen extra goed en weltoegemaakt weyland". De woning en het land was toen verhuurd voor 600,- 's jaars aan Huibertje Wouters, de weduwe van Engel van Dam. Johanna Kops was in 1784 eveneens eigenares geworden van de buitenplaats Wildhoef voor een som van 19.692 gld. 15 stuivers. Doch drie jaren later verkoopt zij zowel de hofstede Wildhoef als de grond van het gesloopte Veen en Duin voor een bedrag van rond 30.000,- aan haar broeder Willem Philip Kops. Zo zien we dat na een onderbreking van drie jaren mr. Van Valkenburgs bezittingen ter weerszijden van de Kennemerweg opnieuw in één hand verenigd zijn. In deze toestand komt in an derhalve eeuw geen verandering, omdat de Bloemendaalse eigen dommen van Willem Philip Kops het familiebezit van zijn na zaten blijven. De pachters Wie de eerste pachter was van de boerderij Veen en Duin in de tijd van mr. Dammas Guldewagen weten we niet. Zoals we lazen was deze toen Kops er eigenaar van werd, voor 600,- 's jaars verhuurd aan de weduwe Van Dam-Wouters. Het ligt voor de hand dat haar man Engel van Dam voordien boer op Veen en Duin zal geweest zijn. Na de weduwe Van Dam wordt aan Simon van Schooten volgens

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1974 | | pagina 62