68 keuring van koning Willem I had verkregen. Daaraan was tevens het recht van tolheffing verbonden, mede om uit de tolgelden de onderhoudskosten van de bestrating te betalen. De heer Jan Willink van Wildhoef die de wegverlegging liet uitvoeren, maakte mede deel uit van de particuliere onderneming voor de wegbe- strating. Kort voor deze gebeurtenissen was in 1820 mevrouw Kops-de Wolff overleden en het uitgestrekte Wildhoefbezit in twee delen uiteen gevallen. Als gevolg hiervan kwam er ook een scheiding tussen de landerijen met opstallen aan de oostzijde van de Ken- nemerweg. Zo werden de weilanden en gebouwen tegenover Wildhoef het eigendom van de oudste dochter Cornelia Kops, gehuwd met Jan Willink. Het verdere deel tot aan de grens met Santpoort werd het bezit van de tweede dochter Anna Johanna Kops, de echtgenote van jhr. mr. Jan Pieter Teding van Berk hout. Als zomerverblijf, dat nu ook haar eigendom werd, be woonde dit echtpaar het van hout opgetrokken zogenaamde 'kleiner buitenverblijf, dat omstreeks 1788 Willem Philip Kops op het noordoostelijke deel van het Wildhoefterrein had laten bouwen. Later kreeg het buitenhuis de naam 'Aelbertsberg', zoals het bekend is gebleven tot omstreeks 1925, toen het werd ge sloopt. Ter vermijding van misverstand wordt opgemerkt dat de naam Aelbertsberg niets te maken heeft met het middeleeuwse kasteel van die naam, dat gestaan heeft tussen de boerderij 't Huis te Bloemendaal en het meertje van Caprera, maar dat de familie Berkhout hoogstwaarschijnlijk het buiten zo heeft ge noemd ter herinnering aan het grafelijke huis Aelbertsberg. De enige bebouwing op de landen aan de oostzijde van de Ken- nemerweg van de familie Teding van Berkhout, die men vond tot het laatste kwart van de vorige eeuw, was de dicht bij de grens van Santpoort gelegen warmoezierswoning (Kennemerweg nr. 7), het huis met aangebouwde schuur met de twee aardige topgevels, waarvan die van het huis met klimop was begroeid. Uit ver schillende gegevens valt af te leiden dat het oude perceel vroeger een blekerij geweest zal zijn, die evenals de twee ten zuiden er van gelegen blekerijen, waaruit de hofstede Veen en Duin ont-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1974 | | pagina 70