157
in een „patriots schrikbewind" in deze provincie. In de gespannen
atmosfeer van deze dagen is het mogelijk dat de Haarlemmers het
gevoel hadden dat regeling van de volksinvloed, ondanks de over
wegend patriotse raad, geen uitstel kon velen. De Pruisische eis
om genoegdoening voor de aan Wilhelmina aangedane belediging
(10 juli) was voor Haarlem geen beletsel om de plannen uit te
voeren. De patriotten rekenden immers vast op steun van Frank
rijk bij een eventuele Pruisische inval61).
Om het reglement nog voor de jaarlijkse verandering van de rege
ring (begin september) in werking te doen treden was „aggrega
tie" (goedkeuring) van de Staten van Holland nodig. Op 17 au
gustus ging hiertoe een brief uit naar dit college. Hierin werden
nog eens de argumenten van de commissie om tot het reglement te
komen, herhaald62). Om de aggregatie te bespoedigen zond men
afschriften ervan naar de andere stemhebbende Hollandse steden.
Het antwoord uit Den Haag bleef niet lang uit: op 25 augustus
verleenden.de Staten hun goedkeuring63). Niets stond de invoering
van het reglement in de weg.
Inmiddels had de commissie die het reglement had opgesteld ook
de plechtige invoering ervan op 5 september georganiseerd64). Op
de Grote Markt was een houten vrijheidstempel gebouwd. Het
plein werd afgezet door de schutterij, en de vroedschap, de gecon-
stitueerden en gequalificeerden, en de krijgsraad van de schutterij
namen plaats in de tempel. Van de 32 vroedschapsleden ontbra
ken er vier. Vermeulen en Decker waren „van contrarie gevoe
len", Lestevenon en Hooreman waren buiten de stad. Lestevenon
schreef uit Brussel dat hij het geheel eens was met het nieuwe
reglement en graag te zijner tijd de eed wilde afleggen65). Nadat
iedereen had plaatsgenomen legden alle aanwezige vroedschapsle
den de eed af. Met een parade van de schutterij werd de plechtig
heid besloten66).
De volgende dag werd het college van burgergecommitteerden
gekozen67). Zij die in aanmerking wilden komen voor verkiezing,
moesten bij de officieren van de schutterij, die als stemopnemers
dienst deden een „Bewijs van Qualificatie om tot Kiezer of Ge
committeerde uit de Burgerij der Stad Haarlem gekozen te wor
den" inleveren. Op dit bewijs had de kandidaat aangetoond dat