161
Weinigen van de enthousiaste menigte die op 5 september rond de
Grote Markt de beëdiging van het nieuwe regeringsreglement ga
desloeg, bemerkten welke donkere wolken zich inmiddels boven
id- hun hoofd samenpakten.
De aan Prinses Wilhelmina aangedane belediging bleek de Oran
jepartij een onverwachte troef in handen te spelen. Nu werd het
mogelijk de broer van de Prinses, de Pruisische koning Frederik
Willem II in de burgeroorlog te betrekken en zodoende de aan
vankelijke nederlaag in een overwinning voor de contrarevolutie
te doen verkeren. Vooral de Engelse gezant in Den Haag, Harris,
zag zijn kans schoon. Op 15 augustus sloten Engeland en Pruisen
een geheime conventie met de volgende inhoud: „een Pruisisch
leger zou Holland binnenvallen, gezamenlijk zou men een moge
lijke Franse interventie afweren, men zou de vrijcorpsen ontwape
nen en de stadhouder in zijn oude rechten herstellen"1). In Kleef
bereidde de Hertog van Brunswijk de veldtocht voor met een
leger van 20.000 man2).
Op 13 september verstreek het onaanvaardbare ultimatum dat
Brunswijk aan de Staten van Holland had gesteld en begon de
opmars, die meer het karakter had van een militaire wandeling.
Het gemak waarmee de Hertog Utrecht en het oostelijk deel van
Holland onder de voet liep, deed de radicale partij in de Staten
van Holland besluiten zich op Amsterdam terug te trekken (15
september). Daaronder waren ook de afgevaardigen van Haarlem,
onder leiding van Zeebergh. Amsterdam leek nog de enige
verdedigbare plaats, waar men hoopte de komst van een Frans
>n hulpleger te kunnen afwachten, een hoop die ijdel bleek, daar de
Engelse diplomatie er in slaagde de Franse regering ervan te
weerhouden zich in deze zaak te mengen.
ian De „Romp-Staten" in Den Haag, waarvan de meerderheid nu
J.J. Oranjegezind was, of althans bereid zich geheel te schikken in de
eisen van de stadhouder, namen op 18 september een voorstel van
de Ridderschap aan om alle resoluties tegen de Prins in te trek
ken3).
III. RESTAURATIE
De rollen omgedraaid
30r