166 soldaten de stad binnen en werden in de omgeving van de Grote Markt, waar de soldaten huishielden in de Hoofdwacht, verschei dene leden van de schutterij in de Jansstraat door Davidszoon en anderen gemaltraiteerd. Bij een „beeldjeskoopman" Jacob Rem- pino werd de gehele inboedel, te weten „Pourtraiten van de Vor stelijke (sic) Familie in Pleijster", kort en klein geslagen met de woorden: „Jou Blixsem, je hebt eerst de Vrijheid verkocht en koom je nou met de Prins aan". Kennelijk was het groepje inmid dels steeds meer bedronken geraakt, want een getuige verklaart dat ze „aan of voor het huijs van een Juffrouw Steevens in de Kruijsstraat alhier een fles wijn hadden gekregen" en in zijn ver horen verklaarde Davidszoon zijn gedrag ook uit drankmisbruik. De getuigenverklaringen noemen in totaal 12 namen van deelne mers aan deze relletjes. Alleen van de gearresteerden (vier), en van enige niet met name genoemde deelnemers, kennen we de beroepen. Behalve de „verwer" Davidszoon, zijn dat een mole naarsknecht, een timmermansknecht, een metselaarsknecht, twee werkloze matrozen, de zoon van een groenteventer en een „straat werker". De gearresteerden zijn alle tussen de 18 en 24 jaar, op de straatwerker na, die ouder was. Hen werd in grote lijnen het zelfde ten laste gelegd, wat we kunnen samenvatten als „geweld pleging tegen de patriotten, in het bijzonder tegen de schutte rij"22). Een grote menigte is het niet geweest, zoals dat wel het geval was in andere, minder patriotse steden als Haarlem. Een ander belangrijk verschil met elders is dat er vrijwel niet geplunderd werd: „(er) word niet geplunderd maar vele word goed ontroofd en ook langs de straat gaande geslagen en veragt, waarop geen behoorlijke agt gegeven word want de Militie is er zelve de oorzaak van"23). Davidszoon werd pas op 17 november gearresteerd, nadat hij in de herberg „de Hollandsche Tuijn" op de Botermarkt in een vechtpartij betrokken was geraakt. De aanleiding daartoe was ook van politieke aard. Het gevecht ontstond toen Davidszoon klaagde over de kwaliteit van de daar geschonken oranje-bitter: „dat is God Verdomme valsch Oranje. Wij moeten Oranje Bitter heb ben"24), Na zijn aanhouding werd hij ook uitvoerig ondervraagd over de gebeurtenissen op 4 oktober. Davidszoon werd tenslotte

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1975 | | pagina 168