167 zwaar gestraft: geseling, 12 jaar werkhuis en vervolgens verban ning25). De stadsregering stond machteloos tegen de ordeverstoringen, blijkens de late arrestatie van enige aanstichters. In de loop van de dag had het Gerecht een waarschuwing tegen ordeverstoringen uitgevaardigd26). Deze waarschuwing werd de volgende dag her haald, naar aanleiding van „verregaande insolentien" aan een Pruisisch huzaar gepleegd27). De eerste vermaning had niet veel resultaat, want diezelfde avond vond er weer een opstootje plaats. Enige leden van de schutterij die zojuist de St. Joris-doelen verla ten hadden werden door dragonders op de Botermarkt gecontro leerd op wapenbezit. Er verzamelde zich een groepje nieuwsgieri gen, en één van hen, de 36-jarige straatwerker Hendrik Korff, gaf een schutter een „stoot", daarbij uitroepend „Jij bent ook zo een Blixsemse Patriot". Korff was de enige die op die dag werd gear resteerd. Al op 16 oktober werd hij veroordeeld tot 1 jaar werk huis28). De rechterlijke archieven maken dus iets meer duidelijk van wat men onder „het grauw" moet verstaan: knechten en werkloze zeelieden, eenvoudige mensen, meest analfabeten (het merendeel ondertekent met een kruisje of schrijft met grote moeite zijn naam onder de verhoren) die gemakkelijk met wat drank en provocatie voor het karretje van de Prins te spannen waren. Een uitgebreider onderzoek naar de houding van het „lagere volk" in deze periode moet duidelijker taal spreken. Niet alleen kan men aan dit lokale onderzoekje geen algemene conclusies verbinden, maar ook zijn de aantallen te gering voor het doen van pertinente uitspraken. Met de belangrijkste opdracht van het Pruisische leger, het ontwa penen van de schutterij, ingevolge een resolutie van de Staten van Holland van 20 september, werd nog op de dag van hun intocht begonnen. Veel resultaat had dit niet, en de Hertog van Brunswijk zag hier reden in om Haarlem, Leiden en Alkmaar (waar de situatie hetzelfde was) te dreigen met een strafexpeditie. Dit kwam de regering van Haarlem ter ore via een brief van de Heer van Wassenaar tot Wassenaar, lid van de Ridderschap, die na mens de Staten van Holland hierover een gesprek met de Hertog

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1975 | | pagina 169