181
voor tien jaar verbannen werd is echter allereerst een gevolg van
het feit dat hij zich tot een notoire straatvechter had ontwikkeld.
Dat hij daarbij voortdurend patriotten als slachtoffer uitkoos is
nog geen reden hier van een politiek vonnis te spreken. Van één
van de gearresteerden is het onzeker of hij bestraft is, de Meck-
lenburgse officier Römer, die in Haarlem in garnizoen lag. Hij
werd aangeklaagd omdat hij op 7 december 1788 in de postwagen
van Amsterdam naar Haarlem „partijdige" gesprekken had ge
voerd met een Haarlemse blikslager. Als hij berecht is dan is dat
door een militaire rechtbank gedaan, en daarover bezitten we
geen gegevens16).
De straffen vielen mee, al stonden ze vaak toch niet in verhouding
tot het begane „misdrijf'. Zo werd een wijnkopersknecht veroor
deeld tot 25 boete17) (een zeer hoog bedrag in deze tijd!) omdat
hij in het uniform van de opgeheven schutterij had gelopen, het
geen de Staten van Holland hadden verboden18). Slechts in één
geval viel er een zwaarder vonnis. Een ondercorporaal van de
nachtwacht, Cornelis Solleveld, werd bij verstek verbannen uit de
provincie Holland. Tijdens de wacht, op de Doelen, kortten de
nachtwakers de tijd met het vertonen van de toverlantaarn. Bij
één der plaatjes, een deftige heer en dame in een rijtuig, had
Solleveld geroepen: „daar reijd die Dronke Blixemse Prins met
zijn Pokkige Willemijn naar de hel heen". Dat de straf voor deze
opmerking zo zwaar was, was het gevolg van het feit dat Solleveld
gevlucht was. Het was in zo'n geval gebruikelijk dat een vrijwilli
ge ballingschap in een gedwongen werd omgezet19).
Niets illustreert beter de ridicule vormen die de politieke repres
sie in deze tijd aannam dan de kwestie-Usselino. De Italiaanse
firma Usselino en Comp. was een winkel en grossierderij in tex
tiel, gevestigd op het Verwulft. In 1788 werd deze zaak voor zes
weken gesloten op last van het Gerecht omdat er linten verkocht
waren met Franse lelies erop. Deze linten zouden tot „partij
schap" kunnen strekken: Frankrijk was immers de bondgenoot
van de patriotten geweest! De winkelknecht van Usselino, Angelo
Patrone (een voormalig vrijcorporist) werd bovendien voor zes
weken de toegang tot de stad ontzegd omdat hij de linten rondge
bracht had naar andere winkels20)!