Vooral de huzaren gedroegen zich „zoo slegt en woest dat men bedugt is voor onheijl" schreef Van der Vinne, die wat dit betreft toch een betrouwbare bron mag heten, gezien zijn in prin cipe positieve houding ten opzichte van de omwenteling en de Fransen. Volgens hem ried de PSR de vrouwen zelfs aan 's a- vonds thuis te blijven! Al op 21 januari was gebleken dat de persoonlijke motieven van veel soldaten in het Franse leger an ders waren dan veel juichende Haarlemmers wilden geloven. Op die dag hadden negen man van het regiment-Calmette een drietal huizen aan de Amsterdamse Vaart buiten Haarlem geplunderd en de bewoners bedreigd. Het Comité van Regten en Justitie begreep dat dit niet door de beugel kon, maar kon weinig tegen de Fransen uitrichten. Daarom werden alleen de twee Hollanders in het groepje gestraft. Om een voorbeeld te stellen werden beiden „uit naam van het Volk van Holland" (ook de terminologie was door de revolutie gewijzigd!) op 20 februari veroordeeld tot openbare geseling op het schavot op de Grote Markt16). Of de zeven Franse soldaten (waaronder twee officieren) zijn vervolgd door de krijgs raad is niet bekend. Als dit zo is geweest dan konden zij rekenen op strenge straffen. Volgens de in het Frans en Nederlands gestel de „krijgstuchtelijke artikelen" die op 21 januari (wellicht als gevolg van het gebeurde) in Haarlem werden bekend gemaakt zou „elk militair, en wie ook tot het Leger behoort, welke zich aan Plundering schuldig maakt met den Dood bestraft worden"1 Tenslotte speelde ook het probleem van de assignaten. De Franse soldaten werden in dit papiergeld uitbetaald, en brachten daarmee winkeliers en vooral herbergiers in verwarring. Talloze proble men deden zich voor, vooral met de koers van de assignaten. Het nieuwe provinciale bestuur boog zich al spoedig over deze mate rie, en gelastte de Hollandse steden een commissie te installeren die de assignaten moest inwisselen. Om te voorkomen dat de assignaten verder in de roulatie zouden komen, mochten winke liers en herbergiers ze alleen accepteren als ze vergezeld gingen van een bon die getekend was door de militaire commandant en een vertegenwoordiger van de PSR, waarna beide papieren inge leverd dienden te worden bij de commissie, die er tegen een vaste koers Hollands geld voor zou uitbetalen18). Met deze maatregelen 205

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1975 | | pagina 207