215 (28) Mem. PSR, 6 juli 1795. (29) zie: Kurtz, De commissie tot onderzoek. (30) OAS, 2 juni 1795. In deze brief vermeldt de Hoofddirectie niet waar om zij meende dat het reglement de opkomst nadelig beïnvloedde. Vermoedelijk hing dit samen met het tijdstip der stemmingen (zie hier onder). (31) Adres der Commissie ter Revisie van het PRR, Bijlage A. De leden van deze commissie waren: K. van der Horst, P. van Liender, A. de Waal Maalefyt, C. Lanckamp, B. Tersier, J.H. Froichen, H.Z. Couderc, J. Enschedé, J. Engelgeer, H.A. Parvé, J. Teding van Berkhout, J.L. de Mayne, J. van Styrum, P.J. Honoré, J.W. Vos, B.H. Esser, J. Broese en J. Scholting (Adres, p. 51). (32) Adres, bijlage B. (33) ibid., bijlage C. (34) ibid., p. 4-5. (35) ibid., p. 5-7. (36) ibid., p. 8-14. (37) ibid., bijlage C. (38) ibid., Adres 111. (39) Rapport der Commissie ter Revisie van het PRR, p. 2. (40) ibid., p. 4. (41) Loosjes protesteerde in 1795 ook in een pamflet tegen de uitsluiting van bedeelden bij de verkiezing van de Nationale Conventie. Zie: A. Loosjes, Vrijmoedige aantekeningen etc. (42) zie: Reglement op het Bestuur (18 aug. 1795).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1975 | | pagina 217