269 loop van verenigingen die zowel bij burgemeester en wethouders als bij de regenten om het behoud ervan vochten". Ook de overige huisjes zouden niet met rust worden gelaten. In 1925 werd het laboratorium naar één ervan verplaatst. Tevens constateerde men dat de woningen bouwvallig waren en door hun verouderde indeling bijkans onbewoonbaar waren geworden. De voorgevels werden gerestaureerd, met behulp van het rijk, de pro vincie en de gemeente. De vensters behielden daarbij de schuifra men die in de 18de eeuw in de plaats kwamen van de oorspronke lijke kruiskozijnen. De commissie voor de monumentenzorg gaf de raad ook de ruimte van de resterende huizen voor het Gasthuis productief te maken. Wij kunnen ons thans slechts verbazen over een dergelijk officieel monumentenbeleid. Evenals in 1906 ont stond er nogal wat weerstand. Het plan was zeer ingrijpend. De achtergevels kwamen te vervallen en de daken zouden worden ingekort. Erachter kwam een plat afgedekte verdieping. Op de beganegrond waren diverse dienstruimten geprojecteerd, waar langs een tirede verbindingsgang. Aan de tuinzijde daarvan zou den twee operatiekamers worden gebouwd. Het plan werd behandeld in een speciaal daartoe belegde vergade ring van de schoonheidscommissie, op 15 oktober 1930. De voor zitter daarvan typeerde het ontwerp als een „mummificering De huisjes werden namelijk geheel uitgebroken. Slechts de voorgevels bleven behouden. Deze zouden een soort „coulissenwand" gaan vormen. De regenten van het Gasthuis hadden het plan al bespro ken met de heren Van der Steur en Kalf van de rijkscommissie voor de monumentenzorg. Beiden waren van mening dat het ver bouwingsplan aanvaardbaar was. Zelfs werd door hen op uitvoe ring aangedrongen, daar de huisjes van binnen in zeer slechte staat verkeerden. De schoonheidscommissie stelde zich principieel op. Zij constateerde dat er in het plan geen harmonie was tussen de plattegronden en de bestaande gevels. Vermoedelijk zou zij zich niet verzet hebben indien bij de nieuwe plattegrond een goed passende moderne gevel was ontworpen. Ondanks de tegenstand van vele zijden is de uitvoering doorgegaan. Achter de gevels bleef niets van het oude over. Slechts de hoekwoning nummer 85 behield een woonbestemming. De nieuwe achtergevel van dit huis

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1975 | | pagina 271