278
was mocht al blij zijn een dak boven het hoofd te hebben. De 150
bedsteden die op de oude tekening kunnen worden geteld waren
vermoedelijk het voornaamste gerief. Dit voormalige huis der be
deelden kan ons doen beseffen dat er heel wat ten gunste van de
medemens is veranderd. Ook daarom is het goed dat het is blijven
staan.
Hoe onzeker de toekomst van allerlei monumenten soms kan zijn,
het Stadhuis zal wel eeuwig mogen voortbestaan. Toch ontkomt
ook dit gebouw niet aan de gevolgen van een wisselende ruimte
behoefte. Door verplaatsing van de Stadsbibliotheek naar het
Doelenplein kwam in 1974 heel wat vloeroppervlak in het Prin
senhof vrijDit had een goede gelegenheid kunnen zijn tot uitvoe
ring van een grootscheepse restauratie. In plaats daarvan werd
besloten tot een inwendige opknapbeurt en het creëren van verga
derzalen. Ook zou beneden een betere akkommodatie worden ge
maakt voor het bereiken van de raadzaal via de noordelijke kloos
tergang. De gemeenteraad stelde voor de verbouwing en inrichting
1.039.000,- beschikbaar. De in 1974 door de aannemer Honing
op de verdieping begonnen uitvoering kwam in het voorjaar van
1975 gereed. Waar vroeger de door mr. A.J. Enschedé ingerichte
Schneevoogtkamer was zetelen nu het hoofd van de afdeling on
derwijs en zijn plaatsvervanger. Hun medewerkers kregen een
plaats boven de raadzaal. De aansluitende verdiepingruimte op de
hoek van de Jacobijnestraat werd vergaderzaal. Dat is nog het
enige vertrek met een balklaag uit de tijd van het klooster. Ook
het lokaal er naast is praatkamer geworden. Menigeen heeft daar
bibliotheekboeken geleend en teruggebracht. Tot 1913 bewonder
de men er de door Fabricius van Leijenburg nagelaten schilderij
en. De in 1860 boven de zuidelijke kloostergang gebouwde mu
seumzaal was gedurende een halve eeuw leeszaal van de stadsbi
bliotheek en kreeg nu eveneens de bestemming van vergaderzaal.
Zo heeft elk vertrek in het stadhuiscomplex een eigen geschiede
nis. De bij de toegangsdeuren aangebrachte naambordjes herinne
ren daaraan. Wij herkennen op deze wijze ook de voormalige
„Prinsenkamer" achter de fraai omlijste buitendeur op de begane-
grond, waar ten tijde van de bibliotheek de „Krantenzaal" was.