48
ke als de kerkelijke „underdogs". Nog lang heb ik verhalen ge
hoord hoe Van der Loos, toen hij de omgeving wat beter had
leren kennen, de boer op trok om hulp te zoeken voor zijn ge
meenteleden. Hij wist dat er een verband bestond tussen de evan
gelieprediking en de sociale vragen en bracht dat ook in de prak
tijk.
Ook lijkt het niet verbazingwekkend dat Van der Loos, die reeds
in Assen gevangenispredikant was, al spoedig de geestelijke ver
zorger werd in het Huis van Bewaring alhier. Zijn taak bestond
uit het bezoeken van de gedetineerden en de verzorging van de
kerkdiensten. Hij had een eigen stijl om met de gedetineerden om
te gaan en voor hen te preken: opbeurend, nooit somber of zwaar
wichtig. Zijn woorden waren gelardeerd met de broodnodige hu
mor. Van hem gold dat de stijl de gehele mens is.
Zo was hij, ook in de arbeid in de gemeente. Hij was de evangelist
onder de predikanten en preekte zeer populair, begrijpelijk, uit
het leven gegrepen. Ook uit hèt Leven, getuigend van hèt Leven,
dat in Christus is geopenbaard. Evangelisatorisch en apostolair
ingesteld als hij was, werkte hij met vreugde samen met het Leger
des Heils, Youth for Christ en met allerlei jeugdkommissies.
Vooral de jeugd had de daadwerkelijke belangstelling in zijn pas
toraat. Zonder bijzondere opdracht was hij in feite de jeugdpredi-
kant van Haarlem-Schoten. Om jong te zijn met de jongeren was
hij leraar godsdienstonderwijs aan het Tweede Christelijk Ly
ceum, Marnix van Sint Aldegonde, aan de Planetenlaan. Maar
zijn voornaamste werk voor de jongeren is toch wel geweest de
stichting van het Jeugdhuis aan de Schoterweg 83. Samen met de
stichtingskommissie, maar altijd vooröp en inspirerend, heeft hij
zich voor dit Jeugdhuis ingezet. Het kompleks is een stuk levens
werk van Dr. Van der Loos. Een blijvend gedenkteken aan deze
enthousiaste en stimulerende pastor.
Bij al dit praktische werk wist hij nog tijd en energie over te
houden voor theologische studie. Het resultaat van deze vakstudie
is te vinden in twee boeken, tijdschriftartikelen en korte bijdragen
en feestbundels en kerkelijke periodieken.
Ook de leden van het Nieuw Testamentisch Werkgezelschap en
van het Breed Ministerie van de ring Haarlem mochten van tijd