Een huis met geschiedenis
Het Provinciehuis in Haarlem
65
Toen de Amsterdamse bankier Henry Hope omstreeks 1786 be
gon met de bouw van „Welgelegen", een fraai buitenhuis bij
Haarlem, besefte hij niet wat voor moeilijkheden hij hiermee een
studieus nageslacht zou bezorgen. Dat het huis in de Haarlemmer
hout tot stand kwam, stemt alleen maar tot dankbaarheid. „Wel
gelegen" is in ons land een unieke vertegenwoordiger van een
internationale stijl, die wordt aangeduid als neo-klassicisme.
Het huis Werd in z'n tijd naar behoren bewonderd, maar over de
details brak men zich het hoofd niet. Bouw en bestaan van het
paleisachtige huis, hoe on-Hollands en frivool ook, werden geac
cepteerd. Daarmee is een groot deel van de moeilijkheden ver
klaard waarvoor „Welgelegen" degene plaatst die geïnteresseerd is
in z'n verleden; men vond het indertijd kennelijk niet nodig om de
bouwgeschiedenis van het huis op te tekenen. En mensen vergeten
gauw, zodat al spoedig niemand hier te lande meer wist wie nu
eigenlijk de architect was geweest van „Welgelegen". Dat het
„Huis van Hope" was, zweefde nog wel in het geheugen van deze
en gene. Zo'n honderd jaar na de bouw van „Welgelegen" wist
Victor de Stuers, de grondlegger van de Monumentenzorg in Ne
derland, dit in ieder geval nog. Maar daarmee hield zijn kennis
op. In het Gemeentearchief van Haarlem berust een kostelijke
correspondentie tussen hem en C.J. Gonnet, de toenmalige be
heerder van het „Paviljoen", zoals men „Welgelegen" in de 19de
eeuw noemde. De Stuers vraagt in 1881 Gonnet voor het eerst of
deze een artikel over het Paviljoen kan schrijven. Het antwoord
van Gonnet ontbreekt, maar uit een briefje uit 1883 van De Stu
ers kan men concluderen dat Gonnet er kennelijk niet aan begon
nen is, en dan komt ook de aap uit de mouw: De Stuers weet niets
van het gebouw.
„Kun je mij niet een korte geschiedenis van het Paviljoen maken.
Welke Hope het stichtte en wanneer? Wie de architect was." De