73
hand op culturele zaken. Maar de „Maandelijkse Nederlandsche
Mercurius", die zich in deze strijd ook niet onbetuigd laat, heeft
in het mei-nummer van 1789 toch een hele pagina uitgetrokken
voor een beschrijving van „het ongemeen fraaje en kostbare ge
bouw, door den Wel Edelen Heere HENRY HOPE aangelegd,
vooraan in de Nieuwe Hout buiten de stad Haarlem, en waaraan
nog dagelyks een zeer groot getal van Werklieden arbeiden
In deze zin staat overigens een belangrijke mededeling: „Welgele
gen" was'nog niet voltooid in 1789, terwijl over het algemeen
wordt aangenomen dat het huis in 1788 gereed was.
De Mercurius geeft een uitvoerig ooggetuigenverslag van het in-
en exterieur van „Welgelegen". Wanneer de schrijver de moeite
had genomen om op te tekenen wie de architect van het gebouw
was, dan had hij het nageslacht heel wat puzzelen en speculeren
bespaard, maar dit liet hij helaas achterwege.
Zijn beschrijving van de facade van het gebouw klopt, op wat
kleine wijzigingen na, precies met het front, dat het huis nu toont.
De voor velen klemmende vraag of de opgangen naar de eerste
verdieping sterk genoeg zijn om als opritten voor koetsen te die
nen, wordt door de Mercurius zonder mankeren opgelost:
.voorts heeft men eenen luwenden opgang, breed genoeg om
'er met paard en wagen op te ryden, gelyk dan ook verscheiden
vrachten steen, over denzelven met paard en wagen na boven
gebragt zijn:" De opgangen zijn dus geen loos architectonisch
grapje, maar wel degelijk in staat tot het torsen van lasten. De
vraag blijft, of het de bedoeling was, dat ze gebruikt zouden wor
den. Volgens mensen die het weten kunnen is het voor een koets
van enige omvang bijna onmogelijk om de bochten in het bordes
te nemen. De ingang in het fraaie smeedijzeren hek dat de „basse
cour", het voorplein van de openbare weg afsluit, is trouwens erg
smal. Op een gravure uit 1791 van het huis, door Christian
Haldenwang gemaakt naar een tekening van de Haarlemse land
schapsschilder Hubert Schouten, is te zien dat de poort aan de
rechterzijde door een dienstknecht wordt geopend voor een koets
met bezoekers. De koets is kennelijk op weg naar de achterzijde
van het huis, waar zich ook nu de officiële ingang naar de hal
bevindt.