dan de zonnegracht was. Hij zag een donkergrijs huis, onvereen-
voudigbaar van bouw, daarvan dacht hij dadelijk, dat daar de
voornaamste man van Haarlem of allicht van geheel Holland
woonde „Ja," zei de mevrouw, „dat is de Nieuwe
Grachtdie is heel mooi, maar daar wonen ook de rijkste men
sen van de stad. De Bisschop en de Gouverneur die woont
in dat groote grijze huis ik wou wel voor jou, dat wij ook zoo
mooi woonden". Zelf woont ze inderdaad bepaald minder, name
lijk in de Lange Veerstraat. „(hij) vond dat eene ellendeling. Op
dien Zondagmiddag was het eene nauwe straat, als een steeg vol
dichte winkels, met geopende magazijnen van modes en kleeding-
stukken, waar joden woonden" (J.I. de Haan).
Jacob Israël de Haan mocht zich dan wel lovend uitlaten over de
Nieuwe Gracht, Van Deyssel ziet ook nadelen aan het wonen aan
Haarlemse grachten: „Aan die grachten, waarvan het water soms
zeer groen is, wonen deze vrouwen met dien wonderlijke bleeke
gelaatskleuren, die meen ik werkelijk, alleen te Haarlem voor
komen. De oogen boven deze wangen zijn soms met veel rood er
in".
Kenaupark, Nieuwe Gracht, Kruisstraat, Lange Veerstraat, Grote
Houtstraat en Gierstraat: de Grote Markt komt u altijd tegen, en
dat geldt ook voor de literatuur. Natuurlijk met haar stadhuis,
haar hallen maar bovenal met haar Sint-Bavo. De laatste jaren is
er nogal wat gedokterd aan dat plein. Veel geholpen heeft dat
gelukkig niet. Het verkeer is verdwenen en daarmee over het
algemeen ook de drukte, de massa. De markt is weer geworden
wat zij vroeger was: .de stille Groote Markt" (Van Deyssel).
„De Grote Markt (lag) in het grijze najaarslicht in Zondagse rust
gebed" (Maria Schröder-van Gogh). „Op de Grote Markt, nog
eenzaam op dit uur, was beter te zien hoe zwaar bepakt de lucht
hing, donker over de besneeuwde daken, men voelde de beklem
ming" (Van Schendel). „Op dat plein zou ruimte zijn om te scha
teren, breeduit, voordat je terugging naar de kleine straten op de
hoeken" (D. Meijsing). De Grote Markt zal nooit een stadscen
trum worden als de Dam is in Amsterdam. Wel een plein waar
weer gelopen kan worden. .toen wij in de herfst over de Grote
Markt naar het Haasje liepen, toen de grasvelden achter Iepenro-
208