Nijhoff. Het was dus al in het eerste jaar dat Dijkema werkzaam
was onder J.L. Tadema dat deze hem voor het secretariaat van
„Haerlem" vroeg. Dijkema was tevens bestuurslid van Hendrick
de Keyser en Haarlems Bloei en had zitting in de Stichting Vrien
den van Van Looy.
In 1932 traden twee nieuwe bestuursleden toe: mr. C.M.J. de
Jongh en mevrouw J.M. Sterck-Proot. De eerste was substituut
griffier van de Haarlemse rechtbank en werd in 1946 griffier van
het Kantongerecht. Tot 1966 zou hij een actief bestuurslid van
„Haerlem" blijven, met uitzondering van de oorlogsjaren. De no
tulen vermelden op 28 oktober 1941 hierover: „Mr. C.M.J. de
Jongh kan met ingang van 1 November 1941 geen lid of bestuurs
lid meer zijn, dankzij een kortelings genomen maatregel van het
gezag. De voorzitter dankt den heer De Jongh voor zijn beleid als
bestuurslid, hetgeen de andere aanwezigen door applaus onder
strepen". Direct na de oorlog kon de opengehouden bestuurszetel
gelukkig opnieuw door De Jongh bezet worden24).
Mevrouw J.M. Sterck-Proot was het eerste vrouwelijke bestuurs
lid. Zij was al 64 jaar toen zij tot het bestuur toetrad. Zij was een
der eerste vrouwelijke geschiedenisleraren en had een Haarlemse
achtergrond: haar vader was de bekende Haarlemse arts dr. Proot.
In 1907 was zij gehuwd met de Neerlandicus en Vondel-kenner
dr. J.F.M. Sterck waarna zij zich te Aerdenhout vestigde. Van
haar hand verschenen enige verenigingsuitgaven van „Haerlem",
zij organiseerde historische wandelingen, was actief bestuurslid
van de Vereniging voor huisvrouwen en sprak herhaaldelijk voor
de K.R.O.-radio.
In 1935 overleed ir. Dumont. Men benoemde in 1936 zijn opvol
ger, ir. M.H. Maas tot nieuw bestuurslid, maar deze berichtte de
benoeming niet te zullen aannemen wegens tijdgebrek.
In 1937 werd het bestuur uitgebreid met drs. R.D. Baart de la
Faille, rijksarchivaris in Noord-Holland. In 1908 was Baart de la
Faille reeds aangesteld bij het Haarlemse Rijksarchief. Na het
vertrek van De Jonge van Ellemeet in 1932 werd hij waarnemend
rijksarchivaris en in 1938 officieel rijksarchivaris. De oorlog
schokte zijn zenuwgestel zodanig dat hij bedankte als bestuurslid
van „Haerlem". Om dezelfde reden werd hem met ingang van
73