raam van het beleg (St. Bavo) en voor herstel van een 16de-eeuwse
vlag (Frans Halsmuseum).
Naast deze successen stonden ook verliezen: de betimmering uit
de brouwerij ,,'t Scheepje" verdween naar Amerika, „De Adri-
aan" werd niet herbouwd, ondanks diverse acties, de Slaper mo
len kon niet worden behouden, de zeer lange strijd om de Kom-
miezenhuisjes op de Grote Houtbrug werd verloren, een aantal
belangrijke panden werd gesloopt (Spaarne 81, Grote Houtstraat
20, Damstraat 13, Gierstraat 28, Kerkstraat 4, Dreef 38-40, Leid-
sevaart 4-6). De Magdalenakapel is niet meer en ook de strijd om
de sierbestrating in Haarlems binnenstad werd nog onlangs verlo
ren.
Naast deze duidelijke winstpunten en duidelijke verliezen staat
nog een zeer groot aantal kleine voorzieningen die tezamen toch
ook mede het karakter van de binnenstad bepalen. In dat opzicht
zal het bestuur van „Haerlem" ook in de komende driekwart
eeuw nog zeer zeker een reden hebben om de hier omschreven
taak van de vereniging met enthousiasme te blijven uitoefenen.
1 't Klooster, 1902
Reeds in de derde vergadering1) bracht bestuurslid Von Saher de
„architectonische en aesthetische waarde van het woonhuis 't
Klooster" aan de Schoterweg ter sprake „dat over 14 dagen met
de grond gelijk gemaakt zal zijn". Over mogelijkheden tot behoud
werd niet meer gesproken, wel besloot men nog enige afbeeldin
gen te maken, vooral van de 18de-eeuwse koepel in het gebouw.
Deze afbeeldingen zouden in het archief van de vereniging bewaard
worden.
2 Spaarne 108, 1903-1941
Het tweede pand waarmee „Haerlem" 's bestuur zich bemoeide
was het fraaie pand Spaarne 108, thans de woning van de kunst
schilder K. Verwey. Het huis was in de 19de eeuw eigendom van de
ritmeester C. Druyvesteyn. Na diens overlijden stelde het lid, de
ritmeester F.M. Baron van Lynden in 1903 het bestuur van
115
CHRONOLOGISCH OVERZICHT