vraagd de nieuw te bouwen gevel van de firma Labouchère,
Oyens en Co op de hoek van de Grote Markt en de Barteljoris-
straat „in overeenstemming te brengen met de bestaande fraaie
oude gevels op de Grote Markt, opdat het gebouw een sieraad
voor onze gemeente worde"!8).
6 Gevel Grote Houtstraat 39, 1907
Pogingen om de gevel uit 1731 van het huis van wijlen de heer P.
Dyserinck aan de Grote Houtstraat nr 39 te behouden, bleken
helaas vruchteloos9). Enige weken later werd de directeur van het
Fonds tot den Predikdienst, de nieuwe eigenaar van dit pand, nog
verzocht deze gevel geen wijziging te doen ondergaan10). Dit ge
schiedde echter toch, waarna er jarenlang de zaak van Mathot
gevestigd was. De winkelpui uit 1907 werd in de jaren zestig
vervangen door de huidige, ten behoeve van de schoenenzaak van
Van Woensel. Alleen nog aan de bovengevel is te zien welk een
voornaam verleden dit huis eens had.
7 Vischhuisje, Grote Markt 16, 1907
Het zogenaamde „Vischhuisje" aan de Grote Markt nr 16, het
smalle souvenirswinkeltje tussen de Vleeshal en het oude gebouw
van „Trou Moet Blijcken", werd afgebroken en „weder geheel in
den ouden stijl opgebouwd". Dit geschiedde onder leiding van het
bestuurslid ir L.C. Dumont, de in 1902 benoemde directeur
Openbare Werken van Haarlem. Er werd in het bestuur van
„Haerlem" nog gesproken over de wenselijkheid dit huisje een
luifel te geven, maar daar op oude tekeningen dit huisje geen
luifel had, werd besloten het ook thans zonder luifel te laten11).
8 Aandrang op gemeentebestuur tot instelling van een schoon
heidscommissie, 1907-1929.
Reeds in 1907 kwam binnen „Haerlem" de wenselijkheid van een
schoonheidscommissie ter sprake. Het zou echter tot 1929 duren
voordat dit werkelijk geëffectueerd werd.
Het lid Jb. London, bouwmeester, bracht in de ledenvergadering
van 190712) ter sprake, dat het goed zou zijn een commissie te
benoemen die in overleg met het gemeentebestuur toezicht zou
120