men wees op de goede verkeerstechnische oplossing die B en W aan de raad hadden voorgesteld en waarbij men suggereerde op dit punt „één of zoo noodig twee politieagenten te plaatsen, die het verkeer zeker even goed zullen kunnen regelen, als op nog veel drukkere punten in tal van plaatsen in het buitenland' In het Haarlems Dagblad komen dan tal van plannen aan de orde: de heer A.J. Toebes stelt demping van Raamsingel, Gasthuissin gel en Kampersingel voor en wil daardoor de dobbelstenen kun nen behouden. Peereboom suggereert de dobbelstenen „op een paar groote wagens te laden en over te brengen naar het open- lucht-müseum bij Arnhem, waar iedereen ze kan gaan zien. Als hij er lust in heeft wat ik betwijfel." Ir J.B. van Loghem zou de verdwijning „bejammeren", de bekende architect A.W. Weiss- man zegt dat Suys een der beste architecten uit zijn tijd was en dat het niet aangaat „alles wat op een zeker oogenblik lelijk gevonden wordt maar weg te nemen". A.M.J. Sevenhuysen is voor behoud van de huisjes om de lelijke gevels van de hoeken der Grote Houtstraat te maskeren. Die hoeken, zegt Peereboom, worden vanzelf wel mooi gemaakt door de eigenaars als de dobbelstenen eenmaal afgebroken zijn, want dan vallen ze op. De acties (ook Heemschut en de Bond van Nederlandsche Archi tecten hadden op behoud aangedrongen) hadden voor de tweede maal succes, want op 14 augustus 1923 werd het Haarlemse raadsbesluit van 6 december 1922 vernietigd. In de overwegingen van de Kroon wordt o.a. gezegd dat de huisjes zijn gebouwd „in de Toskaansche orde, naar een ontwerp van den Zuid-Nederland- schen architect T.F. Suys". Peereboom achtte dit in zijn redactio neel commentaar belachelijk. Om het niveau van discussie aan te geven hier een stukje uit zijn betoog: „Deze combinatie van Tos kaansche orde, die door een Belg in Nederland wordt gebracht heeft iets lachwekkends: wie het leest komt in de verzoeking om door te fantaseren dat de gebouwtjes opgemetseld zijn door Duit- sche arbeiders, onder leiding van een Engelschen opzichter en dat de eerste Franschman die er voorbijkwam ze lelijk vond. Maar laat ons ernstig blijven. Wat is er voor bijzonders in deze combi natie Toskane, België en Nederland dat de adviseurs van de re geering zoo eerbiedig maakt? Een stad als Haarlem behoeft toch 145

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1977 | | pagina 147