proberen de eigenaar te overtuigen van de noodzaak tot restaura
tie in plaats van afbraak262).
In de volgende vergadering rapporteerde voorzitter Tadema dat
hij een teleurstellend bezoek bij de eigenaar bracht. „Elke mede
werking of tegemoetkomendheid ontbrak Monumentenzorg aar
zelde om maatregelen te nemen, zodat spoedig daarop de rest van
het huis werd afgebroken! Haarlem was weer een monument ar
mer, en er kwam een lelijke stenen muur voor in de plaats, een
muur die secretaris P.A. Dijkema deed verzuchten:
Ach, hadden alle menschen een goeden kijk
en hadden oor voor goeden raad,
dan was Haarlem nog meer mooie gevels rijk
in plaats van kale muren langs de straat.
De muur staat er nu precies dertig jaar!263).
235
De muur die in plaats van het pand Gierstraat 28 kwam (foto afd. Monumen
tenzorg, Openbare Werken).